“Wat mij vooral bijblijft is het lange goede presteren van Alaphilippe. Vanaf februari tot het einde van de Tour, met als uitschieter Milaan-Sanremo. Dat is een moeilijke koers om te controleren. Maar hij had alles onder controle op de Poggio en maakte het in de sprint af, terwijl er intrinsiek snellere mannen met hem mee waren", vertelde de Sporza-commentator in de eindejaarsspecial van Wieler Revue.
"Dat was meesterschap tot in de puntjes uitgevoerd. Het is een publiek geheim dat hij van het nerveuze type is en dat hij het met drie of vier uur slaap per nacht moet doen. Dat zijn allesbehalve gunstige factoren voor een wielrenner. Hij lijdt aan het nooit-stil-kunnen-zitten-syndroom. Het is geen sinecure om met hem op een kamer te liggen.”
“Tussen de koersen door is er altijd iemand rondom hem waar hij op kan terugvallen en die hem rustig kan houden. Dat heeft er mede voor gezorgd dat hij op dit ogenblik de meest complete renner ter wereld is op de weg. Het scheelt niet veel of hij wint de Tour de France. Ik durf geen nee meer te zeggen op de vraag of hij die kan winnen. En dat had ik voor dit seizoen wel gedaan. Om echt te winnen moet hij een andere renner worden en ik vraag me af of dat bij zijn persoonlijkheid past.”