Titelverdedigster Marianne Vos reed op enkele lengten van de Italiaanse laureate naar plek twee. Lisa Brennauer vervolledigde, één dag na haar winst in de individuele achtervolging op de baan, het podium namens Duitsland. Het is voor de eerste keer dat het EK voor elite vrouwen niet gewonnen wordt door een Nederlandse.
Gebakkelei in vroege kopgroep; Wright soleert
Het oranje keurkorps bestaat uit voormalig Europees kampioene Anna van der Breggen, regerend wereldkampioene Chantal Blaak, Lucinda Brand, tweevoudig Europees tijdritkampioene Ellen van Dijk, Floortje Mackaij (als stand-in voor de niet wedstrijdfitte Janneke Ensing verving), gewezen Europees beloftenkampioene Sabrina Stultiens, Lorena Wiebes, afgelopen jaar in Herning de beste der U23-rensters en Vos. De acht werden geacht de koers in handen te nemen en zo geschiedde.
Op het zware, continu golvende parkoers scheidden diverse groepjes zich af in de openingsfase. Pas in de derde ronde wist er een groepje echt weg te rijden. Brand was van de partij namens de KNWU-equipe. Ze kreeg de Duitse schaduwfavoriete Lisa Klein, Nadia Quagliotto, Juliette Labous, en de 19-jarige thuisrijdster Sophie Wright met zich mee.
Hoewel het kwintet in geen tijd meer dan een minuut pakte op het peloton begon het bakkeleien alras. De samenwerking tussen de vijf was verre van optimaal, wat Wright ertoe deed besluiten om tijdens het getreuzel ervandoor te muizen. Brand en Klein deden ieder eveneens pogingen, maar alleen laatstgenoemde zou erin slagen om de anderen kwijt te spelen.
De drie ruziemakers zouden niet lang na de demarrage van Klein door het peloton bij de kraag worden gevat. Naar Wright rijden zat er voor de 22-jarige Klein ook niet in. De jonge Britse was veroordeeld tot een lange solo, terwijl achter haar - toen Klein eenmaal was ingerekend - de ene speldenprik op de andere volgde. Pas op 36 kilometer van de finish zou Wright weer gezelschap krijgen: Sabrina Stultiens kreeg de eer om de Britse als eerste voorbij te rijden.
Nederlandse tactiek slaagt niet
Serieus zou het qua ontsnappingen pas weer worden Chantal Blaak, Alice Barnes en Elena Cecchini ferm op de pedalen gingen staan. De drie vergaarden een voorsprong van een halve minuut, maar de move kreeg geen vrijgeleide van de Duitse ploeg. Vervolgens schoot de Nederlandse selectie een drietrapsraket af. Tussenversnellingen van Vos en Brand werden nog gepareerd, maar met de demarrage van Van der Breggen kon enkel Elisa Longo Borghini mee.
Bij het luiden van de bel had ook Danielle Rowe na een korte achtervolging de aansluiting weten te bewerkstelligen. Op vijftien tellen volgden de Frans kampioene Aude Biannic en Floortje Mackaij. Dit Frans-Nederlandse duo zou even later aansluiten en dus gingen ze met vijf de finale van de derde Europese titelstrijd voor elite-vrouwen in.
De Nederlandse ploeg bleef druk van achteruit geven, waardoor de vijf geen gelegenheid kregen om het rustig aan te doen. Op één van de kleine nijdige hellingen gaf Anna van der Breggen er opnieuw een klap op. Wederom kon enkel ELB haar wiel volgen. De twee leken op weg naar een sprint-à-deux, maar niets bleek uiteindelijk minder waar. De samenwerking liep spaak en het uitgedunde peloton viel het duo nog op de nek in de laatste kilometer, mede dankzij werk van de Nederlandse selectie die nog uitgingen van de aanwezigheid van Rowe in de voorste groep.
Met Lorena Wiebes had Nederland nog een optie voor de massasprint op zak. Zij draaide achter twee ploeggenotes als derde de laatste rechte lijn op, maar in de sprint kwam ze er mede dankzij een matige lead-out niet aan te pas; het jonge toptalent kreeg te kampen met krampen, kon niet meer voorbij Van der Breggen en Mackaij en kwam niet meer aan sprinten toe.
Vanuit het wiel van Wiebes kon Marta Bastianelli juist wel haar sprint precies op tijd lanceren. Daarachter probeerde Vos de meubelen nog te redden, maar de eerste aanzet van de Italiaanse was veel beter. De wereldkampioene van 2007 haalde het uiteindelijk met enkele fietslengten voorsprong op de Brabantse.