Dat bewees de Australiër op 10 mei in de Giro van 2013 naar Pescara. Hansen zat op die dag in de vroege vlucht met twee Nederlanders, namelijk Maarten Tjallingii en Pim Ligthart. Ioannis Tamouris, Dominique Rollin en Emanuele Sella vervolledigden het zestal. Op het geaccidenteerde terrein kon Sella lang volgen, maar de kleine klimmer kwam op het gladde asfalt ten val.
Sowieso was het een etappe voor de geschiedenisboeken, want de renners vielen als dominostenen om. Het was de rit waarin Bradley Wiggins de handdoek wierp. De Brit daalde op de natte wegen af met te veel angst in zijn lijf. Hansen, toen al in dienst van Lotto, had dat niet. Hij bleef een groep van 28 man ruim een minuut voor. Enrico Battaglin en Danilo Di Luca werden tweede en derde.
Door Hansen zijn recordreeks in grote rondes wordt weleens vergeten dat hij een steengoede renner is, die op sommige dagen flink kon uitpakken. Hansen is een wat atypische renner, zo bleek pas ook weer uit zijn interview met Cyclist.co.uk. Hansen heeft een softwareprogramma ontwikkeld voor zijn team, maakt zijn eigen wielerschoenen en zit in de winter zelden op zijn fiets.
Twintig grote rondes achter elkaar. Het is een unicum en het is nog maar de vraag wie dat ooit gaat verbeteren. Bovendien reed hij dus niet enkel mee. Hij boekte een ritzege in de Giro en één in de Vuelta. Een etappe in de Tour de France ontbreekt. Dat hiaat hoopt Hansen nog op te vullen, maar deze week werd bekend dat het er in ieder geval dit seizoen niet van gaat komen.