Robert Gesink won na een geweldige strijd de veertiende etappe in de Ronde van Spanje. De Nederlander kwam als eerste boven op de Aubisque.
De koninginnenrit van de Vuelta a España stond op het menu. Bijna tweehonderd kilometer en vier reuzencols in de Pyreneeën. Deze etappe speelde zich bijna volledig af binnen de grenzen van Frankrijk. Met de Col du Soudet, de Marie-Blanque en de Aubisque waren drie klassiekers uit de Tour de France de grote boosdoeners van vandaag.
En dat zorgde voor een grote kopgroep. Veel ploegen hadden baat bij mannetjes in de vlucht van de dag, maar zo'n grote kopgroep als er vandaag rond reed was bijna nooit vertoond. 41 renners voegden zich vooraan samen. Daarbij onder meer Robert Gesink, Pierre Rolland en Mathias Frank. Best geplaatste was Dani Moreno: de Spanjaard volgde in het klassement op meer dan vijf minuten van zijn kopman Nairo Quintana.
Sky
De concurrent van Movistar, Team Sky, had enkel David Lopez mee. Ze controleerden in het peloton om de vluchters niet te veel ruimte te geven. Een minuut of vier was ongeveer de grens voor de Britse formatie. Vooraan barstte de strijd om de punten voor het bergklassement los. En wie was daar? Juist, Omar Fraile. De Bask bleek weer klaar voor de strijd om de bergpunten.
Así atacó @OmarFraile en Inharpu. ¿Atacará en Soudet? Will @TeamDiData's Fraile attacks for Soudet's points? #LV2016 pic.twitter.com/HgYn364f9h
Vuelta a España (@lavuelta) 3 september 2016
Ook op de Soudet kwam Fraile als eerste boven. Moreno mocht zich daar zelfs een aantal minuten virtueel leider in de Ronde van Spanje noemen. Maar Sky wilde wat doen aan hun achterstand van zes minuten. Aan de voet van de Marie-Blanque leek het alsof de vluchters voor de ritzege konden strijden.
Op die beklimming dunde de kopgroep stelselmatig uit. Dat was vooral het werk van Robert Gesink. In het peloton voerde Orica-BikeExchange een tweetrapsraket op. Jack Haig viel aan, waarna Simon Yates volgde. Simon Gerrans en Magnus Cort Nielsen lieten zich uit de kopgroep afzakken, alsook Jens Keukeleire. Op de top van de Marie-Blanque had de Brit een dikke minuut voorsprong.
Aubisque
Dan restte alleen nog de Col d'Aubisque. In 2007 vochten Michael Rasmussen en Alberto Contador hier een geweldig duel uit. Een groepje van zes nam vooraan een halve minuut voorsprong. Daarbij George Bennett van LottoNL-Jumbo, maar ook Jan Bakelants en Bart de Clercq. In het peloton reden Movistar en Tinkoff in de hoop de afstand met Yates te verkleinen.
Die begon met anderhalve minuut voorsprong op de andere klassementsrenners aan de Aubisque. Het geduld van Gesink was op; hij ging op tien kilometer van de finish achter de kopgroep aan. Valverde moest al vroeg lossen in het peloton, terwijl Gesink aansloot bij de koplopers. Inmiddels waagde Quintana een eerste poging om Froome te kraken. De Brit reageerde echter goed.
Gesink zette door, terwijl Yates al twee minuten verschil met de andere klassementsmannen bijeen fietste. Bakelants was de enige die bij Gesink kon aanhaken. De Brit van Orica-BikeExchange kwam echter rap dichterbij. De leider in het klassement probeerde nog maar eens Froome onder druk te zetten. Met nog iets meer dan vijf kilometer te gaan versnelde hij.
Vooraan ineens een vreemde omwenteling. Kenny Elissonde had Gesink bijgehaald en achtergelaten. Toch kwam de renner uit Varsseveld weer terug. Froome peddelde inmiddels naar zijn Colombiaanse tegenstrever toe. Vervolgens speelden Quintana en Froome een spelletje. Contador moest passen.
Twee fronten
Het ging dus om de ritzege en kort erachter om het klassement. Froome volgde namelijk iedere prik van Quintana gezwind. In de strijd om de ritzege ging het tussen Gesink en Elissonde, met op korte achterstand de Rus Egor Silin. Die sloot in de slotkilometer zelfs aan.
Silin ging vanaf de kop aan, maar Gesink counterde. De Condor uit Varsseveld vloog eindelijk weer. Hij troefde Elissonde en Silin in die volgorde af. Froome kwam in het wiel van Quintana over de streep.