André van den Ende

Terugblikken op het 'coronaseizoen' | Bijna elke dag heerlijke koers; vele hoogtepunten, één (groot) dieptepunt

Onze redacteur blikt terug op het afgelopen coronaseizoen. Conclusie: het was een achtbaan met vele hoogtepunten, maar ook één heel groot dieptepunt. 2021 kan volgens hem maar op één manier een mooier seizoen worden dan 2020. Lees hieronder zijn relaas.

André van den Ende

Het lijkt alweer een eeuwigheid geleden, maar op zaterdag 1 augustus zat ik in een Frans café/dubieus gokhol zonder airco aan een tafel te zweten boven een glas bier. Naast me een goede vriend, voor de tafel een groot tv-scherm, in de rest van het café Fransen die niet naar dat scherm keken, maar al hun aandacht vestigden op de paarden die op andere schermen rondjes renden - en ze even later zouden teleurstellen, want uiteraard gokten ze op het verkeerde paarden.

Op het scherm waar ik naar keek werd gefietst. Eindelijk weer. Ik had eerst zelf een rondje door door de prachtige maar loeihete Vogezen gereden en nu was het aan de profs om door een nog veel heter Toscane te rijden over wegen die stoffiger waren dan dat ene hoekje achter bij de bank waar je met de stofzuiger nooit komt. Met als groot verschil dat het in dat hoekje niet per se heel mooi is, maar die stoffige wegen en omgeving een bewegende ansichtkaart zijn: Strade Bianche! Hoera! Koers!

Wout van Aert won schitterend. Het was het begin van vier maanden waarin er bijna elke dag koers was - en Wout van Aert bijna elke dag een koers won. De overwinning van Van Aert bleek namelijk de aankondiging van de geboorte van een nieuwe wielersuperheld: Wonder Wout. Hij stapte uit de schaduw van die andere alleskunner: Mathieu van der Poel.

Van der Poel bleek voor het eerst in zijn wielerbestaan een mens te zijn. Eerder waren menselijke zaken als 'lossen' en 'even niet meekunnen met een aanval' hem vreemd, maar in de eerste koersen van het coronaseizoen was hij opeens een gewone wielrenner.

Gedurende het seizoen kreeg MVDP zijn glans weer terug. Die urenlange aanval in de BinckBanck Tour. Prachtig! Maar het hoogtepunt moest het duel met Van Aert in de Ronde van Vlaanderen worden. En dat werd het. Wát een ontknoping. Het was één van de vele hoogtepunten in de achtbaan die dit coronaseizoen was. Bijna iedere dag schitterende koers, in de eendagswedstrijden, maar zeker ook in de grote rondes.

Ga maar na: drie grote rondes waarin het op de laatste échte koersdag (dat rondjes rijden in Parijs en Madrid tel ik dus niet mee..) nog ultrahypermegaspannend. Man, die tijdrit in de Tour! Het gevecht van Wilco op de Stelvio! Pure sport. Maar ook discussie over tactieken. Precies zoals wielrennen hoort te zijn. De sport van vele verhalen, door iedereen anders beleefd.

Helaas schreven we ook één heel lelijk verhaal, waar de achtbaan even abrupt tot stilstand kwam. Letterlijk. Want daar vloog Fabio Jakobsen over en dwars door de hekken in Polen. Het zette al het moois dat we hadden gezien en dat nog zou volgen in perspectief.

Maar toch, wat een seizoen! 2021 kan bijna niet mooier worden op wielergebied. Of nou ja, dat kan eigenlijk heel gemakkelijk. Dit zijn de steekwoorden: Fabio Jakobsen. Op de fiets. Handen in de lucht. Champs-Elysees.

Columns
  • Cor Vos