Nader verklaard: het braakje van Bennett

Een voedingsdeskundige geeft uitleg over het toch wat merkwaardige moment van Sam Bennett uit Gent-Wevelgem, waarbij hij zijn maaginhoud al fietsend naar buiten gooide...

sam bennett

Motorman Renaat Schotte van Sporza zei gisteren in Vive Le Vélo - Leve De Ronde! dat hij toch even moest uitwijken voor de rondvliegende maaginhoud van Sam Bennett. Op de Kemmelberg bleek de Ier zo diep te zijn gegaan dat-ie het niet meer binnen kon houden. "Te veel gegeten", zei hij na afloop.

Dat klinkt logisch en is de meest simpele verklaring, maar Sporza vroeg topsportdiëtiste Stephanie Scheirlynck (werkt bij Trek-Segafredo, Anderlecht en met tal van andere sporters, waaronder wielrenners Greg van Avermaet en Jolien d'Hoore) toch om nadere uitleg. Hoe zit dat nu met wielrennen en voeding, en hoe ging het in dit specifieke geval mis?

"Bennett koerste in Gent-Wevelgem echt op zijn limiet en de duur en de intensiteit van zijn inspanning in combinatie met te veel te eten heeft hem volgens mij meer fragiel gemaakt om last te krijgen van zijn maag. Normaal gezien is hij een afwerker en kan hij in een sprintersetappe lang in de buik van het peloton zitten zonder al te veel inspanningen te leveren", zegt Scheirlynck over Bennett.

Ze legt uit hoe het lichaam werkt bij een zware inspanning, zoals Bennett die dus lang moest leveren. "Dan gaat er veel meer bloed naar de spieren, maar dat bloed is eigenlijk nodig in de maag om de vertering daar op gang te houden. Op die manier werkt de vertering veel trager. En dan moet je opletten dat je niet te veel eet."

Hoeveel eten wielrenners tijdens de koers?

Het is dus een dunne lijn waarop de renners balanceren. Doseren is belangrijk voor de renners en dat heeft alles met de werking van de maag te maken. "Per uur mag je maximaal 90 gram koolhydraten opnemen. Dat staat ongeveer gelijk aan 1 drinkbus en 2 of 3 gelletjes. Sommige profs kunnen nog hoger gaan, maar dat is heel individueel."

Meer eten heeft geen zin en kan dus leiden tot hetgeen Bennett overkwam. "Als je nog meer gaat eten, dan kan je lichaam dat niet meer absorberen. Dat is niet erg als je 1 of 2 uur net iets te veel binnenspeelt, maar als je dat gedurende de hele wedstrijd doet, dan kan je maag- en darmklachten krijgen."

De meeste renners trainen dan ook op het eten, legt Scheirlynck uit. "Op stage bouwen ze het op door op training telkens de voeding op te nemen die ze ook in een wedstrijd zouden eten. Op die manier trainen ze, net als hun spieren, ook hun darm- en maagsysteem."

"Op die manier weten ze ook dat wat op training lukt qua voedselinname, ook wel in de wedstrijd zal lukken. Maar de grootste valkuil voor de meeste renners is dat het in het heetst van de strijd moeilijk is om dat nog in de gaten te houden", besluit Scheirlynck.

De brakende Bennett