George Bennett werkte met Pogacar én Vingegaard: 'Het zijn geen supermensen, zat bij ze aan tafel en moest ervoor zorgen dat ze hun ontbijt opaten, zo nerveus waren ze'

George Bennett reed afgelopen seizoen voor Israel-Premier Tech en zal dat komend seizoen ook doen, maar na 2021 maakte hij de saillante overstap van - toen nog - Jumbo-Visma naar UAE Team Emirates. De Nieuw-Zeelander reed in totaal zeven seizoenen voor Jumbo-Visma (en diens naamvoorgangers) en twee seizoenen voor UEA Team Emirates.

Bennett over genen

Daarmee is Bennett de enige renner die kan zeggen dat dat hij in één team heeft samengereden met Jonas Vingegaard, Primoz Roglic én Tadej Pogacar. Je zou kunnen zeggen dat alleen de naam van Remco Evenepoel ontbreekt als je een lijstje met 'De Grote Vier Klassementsrenners' maakt.

Die vier worden vaak als een soort supermensen gezien, die mentaal niet kapot te krijgen zijn. In een interview met Rouleur bestrijdt Bennett als ervaringsdeskundige dat beeld.

"Mensen hebben altijd zo'n romantisch beeld bij die toppers, terwijl het er gewoon op neerkomt dat ze genetisch heel erg getalenteerd zijn. Maar ze zeggen dan, hij is mentaal zo sterk. Ze trainen zo hard. Het zijn supermensen Het is een myte. Het zijn de genen. Het gaat er gewoon om wie de grootste motor heeft. Er zijn jongens die harder trainen, maar lang niet bereiken wat deze toppers bereiken."

Ontbijt

Bennett geeft ook een voorbeeld van hoe deze wereldtoppers gewoon 'normale' mensen zijn die toevallig een door Moeder Natuur meegegeven talent hebben.

"Ik ken sommige van die klassementsrenners goed. Ik zat bij ze aan tafel en moest ervoor zorgen dat ze hun ontbijt opaten, zo nerveus waren ze. Dan staan ze op en winnen ze de Tour. Je maakt mij niet wijs dat ze mentaal niet te breken zijn. Dat zijn ze wel. Ze hebben gewoon supergenen, biologie is aan hun zijde.

Bennett plaatst het allemaal wat in perspectief. "Mensen willen dat ze Goden zijn, die 40 uur per week in de regen trainen. Je hoort me niet zeggen dat ze niet hard trainen, maar het is ook zeker niet zo dat de vier beste wielrenners ter wereld ook de vier zijn die het hardste werken op de fiets."