In de beginfase van de Giro leek Evenepoel een kandidaat voor het roze, maar hoe langer de ronde duurt, hoe zwaarder hij het krijgt. Volgens Wuyts is dat niet meer dan logisch. "Dit is de logica zelf. Voor renners onder de 24 jaar is het moeilijk om een rittenkoers van drie weken zonder zwakke momenten tot een goed einde te brengen", zegt hij tegen AD.nl. Wuyts vult aan dat dat de laatste jaren alleen Bernal en Pogačar gelukt is en benoemt nog maar eens dat Evenepoel daarbij ook nog eens moest terugkeren na een zware blessure.
Volgens Wuyts worden het hoge verwachtingspatroon en de hype gevoed door de enorme hunkering bij het Belgische volk. Er is immers geen land waar de wielersport zo groot is als bij onze zuiderburen. "In de jaren ‘60 en ‘70 was het de normaalste zaak dat wij de Tour wonnen met Eddy Merckx en in de Giro de meeste ritten wonnen met Merckx en Roger De Vlaeminck. Alles wat na het tijdvak Merckx gekomen is, wordt ermee opgezadeld", zegt de commentator.
Hij vindt de hype rondom de jongeling van Deceuninck-Quick Step dan ook ongezond: "Het moet milderen. Evenepoel moest zijn eerste poging om te trainen na de val staken en moest nog drie weken langer zonder fiets. Er ontstond een golf van paniek. Toen kreeg ik een mail van vader Evenepoel die zich afvroeg ‘Waar gaat dit naartoe? Kan het even stoppen? Wij zijn al blij dat we onze zoon levend terug hebben.’ Ik heb toen in mijn column gevraagd om noodzakelijk geduld met Evenepoel, maar ook gezegd dat die oproep waarschijnlijk vergeefs zal zijn."
"Het is belangrijk dat Evenepoel straks voldoende afgeschermd wordt en na de Giro een poos in de luwte kan. Hij zal de bescheidenheid moeten opzoeken en wegblijven uit de media."
Wuyts wil zich dan ook nog niet branden aan de vraag of Evenepoel ooit een grote ronde kan winnen. Hij moet volgens de commentator dan wel verbeteren in rijden over oneffen terrein en afdalen. En hoe hij de derde week verteert is ook nog een vraagteken. "Voor nu is een oordeel uitgesloten. Dit was een ferme verwittiging. Plots blijkt het niet vanzelf te gaan."
- Cor Vos