Jos van Emden stopte eind vorig seizoen met wielrennen en is dit jaar (zeer succesvol) ploegleider bij de vrouwenploeg van Visma | Lease a Bike. In zijn afscheidsjaar reed hij de Giro d'Italia als grote ronde en dat hij juist daar aan de start verscheen in z'n laatste grote ronde is geen toeval.
Wij spraken hem een tijdje terug over wielerland Italië - en waarom het er zo veel leuker is dan bijvoorbeeld in Frankrijk. Een lofzang op Italië van de oud-renner, die Italianen misschien nog wel leuker vindt dan vogels (we hebben overigens geen idee of de blauwe kiekendief ook in Italië voorkomt..)
Vergelijking Fransen en Italianen
Van Emden windt er geen doekjes om. Hij laat er geen traan om dat hij in in zijn actieve carrière veel vaker actief was in de Giro dan in de Tour de France.
"Ik bleek het land geweldig te vinden. De passie van mensen is prachtig om te zien. Ik was gewend om in Frankrijk te koersen en daar gaat het er anders aan toe. Dat hoef ik niet eens diplomatiek uit te leggen, want ik vind Fransen gewoon een vervelend volk."
Volgens Van Emden is het, hoewel de landen aan elkaar grenzen, een wereld van verschil. "“In het eerste de beste hotel vonden ze het een onwijze eer dat wij er verbleven. Het personeel liep af en aan om ons te bedienen. Een Espresso geen probleem, eencappuccino geen probleem. ’s Avonds kwamen de obers je spaghetti met twee vorken op je bord scheppen. Dat is een schouwspel en vind ik mooi om te zien."
Het voelt zelfs een beetje als vakantie om in Italië te koersen. "Als ik in het voorjaar de Tirreno-Adriatico en Milaan-Sanremo rijd dan kost het me mentaal geen enkele moeite om van huis te zijn. Sterker nog, ik zie het als een soort voorjaarsvakantie. In Italië is iedereen vriendelijk en je kunt met ze praten zonder dat je de taal spreekt. Al gooi je er maar een paar woorden tussen of je laat je Bianchi-fiets zien dan zijn de mensen al tevreden. In Italië is er geen barrière."
Een uurtje Italianen kijken
Van Emden mijmert verder alsof hij de vertegenwoordiger is van het plaatselijke VVV-kantoor van pakweg Perugia. Hij verkoopt het land als een missionaris vroeger het ware geloof verkondigde.
"Italianen zijn artiesten. Ga eens op een bankje zitten en een uurtje mensen kijken. Alleen al de begroeting is een groot spektakel. Je kunt honderd meter van elkaar verwijderd zijn, maar door non-verbale communicatie hele gesprekken volgen."
"Ik ben vorig jaar begonnen met Italiaans te leren. Ik heb een boekje uitgeleerd, maar ben het helaas weer wat vergeten. Verder vind ik het schitterend hoe druk Italianen zich maken in het verkeer. Dat herken ik uit de koers, want daar heb je die druktemakers ook. Dan werkt het meer op m’n zenuwen, haha."
Kortom, laat die Giro Donne maar komen!
- Cor Vos