Bij Team Jumbo-Visma was het de bedoeling dat ze een klassement zouden rijden in Italië. Daarvoor waren drie renners aangewezen, namelijk Tom Dumoulin, Tobias Foss en Sam Oomen. Allen zakten ze op weg naar de Etna, de eerste echte bergetappe, erdoorheen. Koen Bouwman, die later twee etappes en de bergtrui won, had voorafgaand aan de ronde al gezegd dat hij niet geloofde in een top 5 resultaat.
Voor de Etna zette Bouwman, die juist bekendstaat om niet met zijn vuist op tafel te slaan, de verhoudingen nog eens op scherp, vertelt hij in het Algemeen Dagblad. Al benadrukt hij dat hij zijn werk voor de kopmannen maar wat graag deed.
"Maar ik vroeg ook: 'Wat als ik er als langste bij blijf?' Toen werd er een beetje gelachen, maar ik lachte niet terug. 'Oh ben je serieus?' En ik zei: 'Jazeker.' Maar ik zou bij degene blijven die er als laatste af zou gaan. Prima, want zo waren we de Giro ingegaan."
Een dag later bleek Bouwman inderdaad de beste renner van Team Jumbo-Visma bergop. "Toen onze auto voorbijkwam, zeiden ze: 'Rij maar door, rij maar door.' Toen heb ik wel gezegd: 'Dit is precies waar ik gisteren om heb gevraagd. Nu ga ik wachten ook'"
Doorbraak
De kopmannen bleven worstelen in de ritten die volgden, waardoor Bouwman de schijnwerpers kon pakken. Dat deed hij met verve. Hij won twee etappes en de bergtrui. De eerste rit met hulp van 'superknecht' Dumoulin. "Toen we gingen sprinten voor de overwinning was ik echt zenuwachtig, joh. Mijn hart zat in mijn keel. Ik weet dat ik gejuicht heb, maar verder weinig meer."
"Een van de eerste dingen waaraan ik dacht, is wat Jos van Emden tegen mij zei. 'Een rit winnen in een grote ronde is zo gaaf. Dat moet het doel zijn van je carrière.' Hij wist dat ik een aantal keer dichtbij ben geweest. Dat ik veel voor de ploeg over heb en mezelf soms iets te veel wegcijfer. Maar ook dat als de kans er is, ik het wel af kan maken."
- Photo: POOL/FF/SCA/Cor Vos © 2022