Koen Bouwman is (nu in de schaduw) wéér goed in Giro: 'Als ik het er niet mee eens was, had ik dat van tevoren moeten zeggen'

In De Volkskrant vertelt de klimmer over de verhoudingen binnen de ploeg. Na zijn twee ritzeges in de Giro van vorig jaar en de eindwinst van de bergtrui, weet Bouwman dat hij ook nu het niveau heeft om voor eigen rekening te rijden. "Ik geloof meer in mezelf. Eén rit winnen kan, hoe lastig ook, als alles op zijn plek valt en je wat geluk hebt. Maar twee keer winnen in 21 dagen: dat is geen toeval meer. Daardoor kreeg ik het besef dat ik het zeker vaker zou moeten kunnen."

Alleen zijn de kansen bij Jumbo-Visma nu eenmaal schaars. "Dat is voor mij de afweging: wat wil ik? Ik weet waarvoor ik hier ben. Soms is er een mooie etappe, voel ik dat ik goede benen heb en denk ik: ik had nu mee kunnen zitten. Dat doe ik dan niet. We gaan in elke grote ronde voor de eindwinst. Als ik het daar niet mee eens was geweest, had ik dat van tevoren moeten aangeven. Dan was ik niet naar de Giro gegaan."

Gloag

Hoewel de Giro d'Italia van vorig jaar zijn ogen heeft geopend, beseft Bouwman ook wat hij heeft bij Jumbo-Visma. "Ik fiets als knecht alleen maar mooie koersen. En als het deze Giro lukt met Primoz, dan is mijn jaar geslaagd. Maar ben ik daar tevreden mee, ga ik mezelf nog een x-aantal jaren wegcijferen voor kopmannen, of wil ik voor mezelf rijden? Dat is een tweestrijd, want in deze ploeg gaat dat niet samen."

Maar Jumbo-Visma is wel de ploeg waar Bouwman het naar zijn zin heeft. "In veel ploegen is nog een cultuur dat ouderen willen dat jonge renners zich eerst maar eens bewijzen. Jong moet dan voor oud werken. Bij ons helpen de ervaren renners de nieuwe jongens, zoals Thomas Gloag, die op het allerlaatste moment naar de Giro is gekomen. Qua talent staat hij ver boven mij en dat kan ik heel makkelijk accepteren. Ik vind het hartstikke leuk om te proberen hem te helpen en wegwijs te maken."