Nederland aan top maar ook in breedte sterker dan België dit cross-seizoen: 'We moeten nog niet panikeren'

De prestaties van de Belgen zijn een stuk zwakker. Wout van Aert haalt altijd een basisniveau, maar zal het WK in Tabor niet betwisten. Eli Iserbyt houdt de eer hoog, maar zit momenteel in de lappenmand. Michael Vanthourenhout werd Europees kampioen, maar daar bleef het bij. Thibau Nys weet zijn niveau van begin van het seizoen niet meer te halen. En Laurens Sweeck kent een jaar om heel snel te vergeten.

Bondscoach Sven Vanthourenhout ziet het ook. "Uiteraard zou ik het liever anders zien", vertelt hij in Het Nieuwsblad. "Maar een totale verrassing kan ik het niet noemen. Jongens als Ronhaar en Nieuwenhuis kloppen al langer op de poort. Ze zijn niet zomaar allebei wereldkampioen bij de jeugd geweest. Sinds het begin van dit seizoen zie je ze ook bij de profs helemaal tot ontplooiing komen."

Van der Poel

Normaal ging het altijd over het sterke blok van België versus Van der Poel, maar dit jaar is het anders. Met Van der Poel heeft Nederland de sterkste renner tot hun beschikking, maar daarachter ook nog een sterk blok. De eerste plaats is normaal al vergeven, aldus Vanthourenhout. "Zoals Van der Poel rondrijdt... Als hij geen pech kent, of niet ziek wordt, dan zie ik inderdaad niet in wie hem van de titel kan houden."

Dan resteren de laatste twee podiumplaatsen. De laatste keer zonder Belg op het podium was in 1997. "Zover is het nog niet. Wat bepalend gaat zijn: wat gebeurt er de volgende vier weken? Veel jongens gaan nog op stage, wie kan nog een paar procentjes groeien… De komende maand kan de hiërarchie nog helemaal door mekaar geschud worden. We moeten nog niet panikeren."