Frederik Frison was de eerste die een eerste echte richttijd neerzette. De renner van Lotto Soudal deed het bijvoorbeeld beter dan zijn teamgenoot Tim Wellens, die vooraf tot een van de kanshebbers werd gerekend. Frison wist echter dat er nog enkele kanonnen aan zaten te komen.
Onderweg ontpopten Remco Evenepoel, Wout van Aert, Victor Campenaerts en Yves Lampaert zich tot dé kanshebbers op de driekleur. Bij het eerste tussenpunt was Lampaert de sterkste, maar die rollen waren omgedraaid aan de tweede tijdmeting, waar Van Aert sneller was. Campenaerts viel daar tegen en was uitgeschakeld voor de zege. Aan de finish was het uiteindelijk Van Aert die duidelijk de sterkste was. Hij was 31 seconden sneller dan Lampaert en 38 seconden beter dan nummer drie Evenepoel.