Tekst: Libben Reeskamp
Blij weer terug te zijn in de wielerwereld nu je na een dopingschorsing van twee jaar van de internationale wielerfederatie UCI weer de weg op mag als ploegleider?
'Toen ik in januari mijn werk weer oppakte als ploegleider van Roompot-Nederlandse Loterij, was ik erg benieuwd hoe de klik met de nieuwe renners zou zijn en of de sfeer in de ploeg goed was. Nou, die spanning vooraf was echt niet nodig: het voelde gelijk als thuiskomen. Alsof ik nooit ben weggeweest.'
Roompot is een maatje te klein voor de meerdaagse topkoersen en blijft dan ook thuis tijdens de grote rondes. Zit jij ook thuis voor de buis als de Tour de France van start gaat?
'In principe wel. Daarnaast schuif ik net als vorig jaar weer regelmatig aan bij de RTL7-talkshow Tour du Jour, waarin we ’s avonds live vanaf het terras van café Binnen in hartje Breda terugblikken op de verreden etappe. Breda is lekker dicht bij mijn huis hier in België. Vorig jaar ging ik vaak met de fiets naar de show en ik denk dat ik dat straks ook weer ga doen.'
Viervoudig Tour-winnaar Chris Froome werd vorig jaar betrapt met te veel van het astmamedicijn Salbutamol in zijn urine, toch mag hij gewoon starten. Als analist bij Tour du Jour ga je de Brit extra kritisch volgen?
'Ik kijk behoorlijk sceptisch naar zijn verrichtingen. Dat Froome mag blijven koersen, is bizar en slecht voor de geloofwaardigheid van de wielersport. Hij is dus positief getest op een stimulerend middel dat verboden is bij een te hoge dosering. En dat betekent een schorsing. Je kan nog wel hiertegen in beroep gaan, maar tot die tijd mag je niet koersen. Zo zijn de regels. Maar voor meneer Froome wordt kennelijk een uitzondering gemaakt. Als de UCI het hierbij laat, dan zou er bij zijn team Sky zomaar een gevoel van ”wij zijn untouchable” kunnen insluipen (inmiddels heeft de UCI de zaak gesloten). Met dat gevoel fietste ook het US Postal-team van Lance Armstrong jarenlang door.'
Hoe keek jij naar Froomes miraculeuze overwinning in de Giro d’Italia?
‘Daar had hij dus überhaupt niet mogen starten. Des te aparter was het om te zien hoe hij van een vrij kansloos geachte tiende plaats terugkwam en aan één bergetappe in de laatste week genoeg had om de Giro te winnen.’
Heeft deze spectaculaire comeback de dopinggeruchten over hem niet alleen maar versterkt?
'Zo gek is dat toch niet? Hou er ook maar rekening mee dat Froome wordt gezocht in deze Tour en dat er genoeg wielerfans langs de weg gaan staan om hem pesterig te helpen herinneren aan zijn positief bevonden dopingtest. En als buitenlandse wielrenner heb je sowieso geen streepje voor in Frankrijk. Deze editie kan weleens onmenselijk zwaar uitpakken voor hem. Aan de andere kant is die Froome een koele kikker die zich nergens wat van aantrekt.
Jij bent door Froome geblockt op Twitter. Hoezo dat?
‘Ik heb ooit gezegd dat ik verbaasd was dat anderen verbaasd waren dat Sky en Froome mogelijk vals hebben gespeeld. Daarom heeft hij mij geblokkeerd, vermoed ik. Ik moet hier wel om lachen. Kom op zeg: acht jaar geleden kon Froome een groep van gemiddelde wielrenners nog niet bijhouden en nu gaat hij hoogstwaarschijnlijk voor de vijfde keer de Ronde van Frankrijk winnen. Dan is het toch niet meer dan normaal dat mensen hierover vragen gaan stellen, vooral over zijn positieve dopingtest? En is het dan niet abnormaal dat Froome deze vragen voortdurend uit de weg gaat? En hoe zit het dan met de berichtgeving dat Froome vroeger nooit last had van astma? Die verbazing hierover wilde ik slechts aankaarten.’
In 2013 bekende je tien jaar lang, tot aan het eind van je carrière in 2007, gebruik te hebben gemaakt van epo, bloedtransfusies en cortisonen. Je had gehoopt dat er met jouw biecht een collectieve bekentenis op gang zou komen, maar die bleef uit. Was je hiermee niet ietwat naïef?
‘Ik rekende er toen echt op dat andere wielrenners van mijn tijd en mijn generatie die ook niet zonder zonden zijn, zouden zeggen: “Dit is het moment waar we met zijn allen open kaart spelen, want zo kan het niet langer. Op deze manier gaat deze prachtsport naar de kloten.” Maar het bleef oorverdovend stil. Wat dat betreft kan je dopinggebruik vergelijken met vreemdgaan.’
Pardon?
‘Dat gebeurt ook vaak genoeg en dat weten we allemaal donders goed. Maar we zwijgen hierover liever als het te dichtbij komt. Stel nou dat jij opbiecht je vriendin te hebben bedrogen door achter haar rug vreemd te zijn gegaan en je vrienden wisten dat allang... Denk je nou echt dat er vrienden, die ook vreemd zijn gegaan, vervolgens eveneens gaan bekennen onder het mom van gedeelde smart, halve smart? Natuurlijk niet. Die vrienden willen ook door zonder gezeik. En dat geldt dus net zo hard voor renners met een verborgen dopingverleden.’
Zeg eens eerlijk: achteraf weleens spijt van je dopingbekentenis?
'Ergens wel en toch ook weer niet. Aan de ene kant ben ik erg opgelucht dat ik mijn dopingverleden heb geopenbaard en dat mijn straf er op zit. Want, begrijp me goed: ik snap ook wel dat ik straf heb verdiend. Maar aan de andere kant had ik misschien liever gewild dat mijn hele dopingverleden was overgewaaid en dat alle verdachtmakingen in de loop der jaren zouden afzwakken en dat je dan gewoon verder had kunnen gaan. Er lopen meer dan genoeg oud-wielrenners rond die precies deden wat ik deed, maar dit uiteindelijk nooit hebben opgebiecht of tegen de lamp zijn gelopen.’
Namen en rugnummers graag? Het is immers al zo lang geleden...
'Nee, dat ga ik dus nooit doen. Dat is hun eigen verantwoordelijkheid. Maar ik ben dus wel een tikje jaloers op deze jongens die de dans zijn ontsprongen. Maar ik snap hen ook ergens wel. Ik heb ook pas bekend toen ik echt werd opgejaagd door de media en het niet meer hield. Je gaat niet zomaar even toegeven. Aan de andere kant: als ik het nooit had opgebiecht, dan weet ik zeker dat mijn leven een hel zou zijn geworden. Dan had ik een leven moeten gaan leiden waarin je opgejaagd wild blijft. Dat is dus ook de tol van de roem: je ligt veel meer onder het vergrootglas dan een relatief onbekende wielrenner die naast de pot heeft gepiest. Neem nu Karsten Kroon. In april biechtte hij eindelijk zijn dopingverleden op. Hij is daarmee hooguit één dag in het nieuws geweest en daarna had bijna niemand het er meer over. Kroon kon weer heel snel tot de orde van de dag overgaan als tv-commentator en ik gun het hem van harte, maar dit is wel wrang in vergelijking met alle emmers shit die ik over mij heen kreeg gekieperd.’
In je afscheidsjaar 2007 maakte Mart Smeets voor NOS Studio Sport een portret over jouw wielercarrière. ‘Ik moet het je vragen, Michael,’ vroeg hij aan het eind. ‘Heb jij gebruikt?’ Waarop jij ontkende.
'Ja, ik weet nog wel dat ik toen dacht: wat denk je nou? Dat ik alles even ga opbiechten?’
En dan beken je alles in 2013, en dan komen jullie elkaar weer voor het eerst tegen. Hoe was dat?
'Daar zat wel even spanning op. Mart had geen leuke uitspraken gedaan over mijn opgebiechte dopingverleden, ik had daar weer vrij heftig op gereageerd. Ik heb toen gelijk tegen Mart gezegd: “Dat ik al die tijd tegen jou heb staan liegen en nooit thuis gaf op je vragen of ik echt nooit had gebruikt, was voor mij allesbehalve makkelijk. Ik heb dit altijd zwaar klote gevonden.” Vervolgens zijn er nog wat harde woorden gevallen en daarna heeft Mart mij de hand geschud en toen was het klaar. Sindsdien is de lucht tussen ons weer geklaard.’
In datzelfde jaar verscheen Mijn Gevecht van Thijs Zonneveld, over het diep gevallen talent Thomas Dekker. In deze biografie klapte Dekker flink uit de school over dopinggebruik, prostitueebezoek en fors drank- en drugsgebruik in het wielerwereldje. Met een belangrijke bijrol voor zijn toenmalig Rabo-ploegmaatje Michael Boogerd.
'Ja, dat boek kwam er na het ingaan van mijn twee jaar durende schorsing lekker overheen, in een toch al mindere periode. Ik heb toen vaak genoeg gedacht: pleur maar op allemaal. Die hele wielersport kan me gestolen worden. Maar uiteindelijk is de liefde voor de sport sterker en ben ik blij dat ik me er niet van heb afgekeerd.’
Wat zou je tegen Thomas Dekker zeggen als je hem nu zou ontmoeten?
'Ik heb dan maar één vraag: waarom? Ik heb meermalen geprobeerd met hem in contact te komen voor een goed gesprek onder vier ogen, maar ik heb sterk de indruk dat hij mij ontloopt. Dat boek voelt voor mij als een soort persoonlijke afrekening van Thomas met het hele wielerwereldje en dan vooral met Michael Boogerd. Het boek heeft heel veel aandacht in de media gekregen juist vanwege die passages over mij. Thomas Dekker en Thijs Zonneveld hebben vast aardig wat geld verdiend aan dit boek, maar ik kan er helemaal niks meer aan veranderen. Ik heb er maar mee te leren leven. Ik vind het ook rot voor mijn familie en vooral voor mijn zoontje. Die hebben het even zwaar voor hun kiezen gehad, maar daar wil ik het verder niet over hebben.’
Zullen we het dan maar hebben over het waarheidsgehalte van het boek? De auteur heeft verklaard dat alles wat Thomas Dekker aan hem heeft opgebiecht waar moet zijn en dat zijn lezing wordt bevestigd door andere bronnen. En anders hangt hij Thomas alsnog ondersteboven aan zijn ballen in een boom. Wat is je reactie hierop?
'Het is en blijft het verhaal van Thomas Dekker over Michael Boogerd, maar het is niet het wáre verhaal over Michael Boogerd. Dus ik denk dat Thijs dan echt een boom moet gaan uitzoeken. Ach, laat ook maar. Die uitspraak over die boom beschouw ik als stoere mannenpraat. Ondertussen vermoed ik wel dat hij veel meer over Thomas Dekker weet, maar dat hij dit niet heeft opgeschreven omdat dit anders in het nadeel van Thomas zou hebben gepleit. En dat zou het boek nog minder sterk hebben gemaakt.’
Nog even voor de goede orde: vooraf is jou toch om wederhoor gevraagd?
'Van uitgebreide wederhoor was geen sprake in mijn ogen. Ik kreeg alleen kort voor de publicatie nog wat vragen door van Thijs, maar op mijn reactie of ik het verhaal achter deze vragen mocht inzien omdat ik benieuwd was naar de context van de door Thomas afgelegde verklaringen, kreeg ik nul op het rekest.’
De impact van het boek was zo groot dat je er nachten wakker van lag en een psycholoog in de arm hebt genomen om het allemaal te verwerken. Slaap je inmiddels wat minder slecht en kan je het al iets beter laten rusten?
‘Het houdt me nog steeds soms uit mijn slaap. Dat boek blijft voor altijd nadreunen. Ik moet het dan ook maar accepteren en hou me nu vooral bezig met vooruitkijken.’
Dankzij je oude ploegmaat denkt de buitenwereld nu wel dat jij vroeger een wielerprof was met een hoog seks, drugs en rock-’n-roll-gehalte. Hoe ga jij om met dit etiket van wilde vrijbuiter?
'Dat vermeende imago is dus zo níet Michael Boogerd. Ik ben geen brave borst, hou op z’n tijd van flink stappen... Maar ik ben geen losbol. Dat ben ik wel een tijdje geweest net na mijn scheiding, bijna negen jaar geleden.’
Genoeg over Thomas Dekker. Bijna vijf jaar na jouw dopingbekentenis lijkt het wielrennen schoner geworden. Of is dat slechts schijn?
'Vroeger in het peloton, toen ik nog fietste, ging het bijna nergens anders over. Die zou dat middel hebben gepakt, die had weer wat anders gevonden. Dat is niet meer zo. Maar doping is zeker niet uitgebannen. Het valt jou toch ook op dat er nog steeds renners positief worden getest? De sport mag dan schoner geworden zijn, de mentaliteit van de gemiddelde wielrenner is hetzelfde gebleven. Neem nu Tramadol, een pijnstiller die naast verdovend ook prestatieverhogend werkt. Dat wordt nu wel opvallend vaak aangetroffen bij urinetesten van wielrenners. Tramadol staat niet op de lijst van verboden prestatieverhogende middelen en bij frequent gebruik is het slecht voor het lichaam. En toch vindt het gretig aftrek. Dat is voor mij een bevestiging dat wielrenners ook na alle grote dopingschandalen altijd de grens van het toelaatbare blijven opzoeken, ook al is dat schadelijk voor hun gezondheid. En dat geldt zeker voor de wielrenners die niet aangesloten zijn bij de Movement For Credible Cycling (MPCC), dat zijn ploegen die een geloofwaardige wielersport propageren. Bovendien kunnen ploegen uit het MPCC stappen als het ze niet zint. Dat lijkt me ook geen goed teken.’
Je 100 procent Nederlandse ploeg Roompot is honderd procent dopingvrij?
'Dat kan je onmogelijk helemaal zeker weten. Ik heb zelf nooit iets verdachts gesignaleerd en er zijn bij ons nog nooit afwijkende bloedwaarden vastgesteld. Zou ik ook maar even het gevoel hebben dat er iets niet in de haak is bij ook maar één wielrenner in onze ploeg, dan is het voor mij gelijk klaar. Die jongens zijn tegenover mij hierover overigens ook nooit begonnen. Zou iemand tegen mij zeggen: “Maar jij deed het zelf toch ook?” dan zou dit mijn antwoord zijn: kijk naar wat het mij heeft opgeleverd, dat wil je echt niet meemaken.’
Terug naar de aanstaande Tour de France. Op wie moeten we letten?
‘Dan noem ik gelijk voormalig Roompot-talent Dylan Groenewegen. Die behoort nu tot de vijf beste sprinters ter wereld. Dylan gaat straks minimaal één ritzege pakken, verwacht ik. Voor het eindklassement mik ik op de Colombiaan Nairo Quintana en de Fransman Romain Bardet. Quintana omdat hij dit jaar alles heeft afgestemd op de Tour, Bardet omdat het een taaie en tegelijk aanvallende renner is die er wel een schepje bovenop zal gooien voor zijn landgenoten in eigen land. Tja, en Chris Froome is voor mij toch ook wel favoriet.’
Onze Tom Dumoulin, in mei de nummer twee achter Froome in de Giro, is dus voor jou een outsider voor de eindzege? Omdat hij de loodzware Giro nog in de benen heeft en omdat deze Tour vanwege weinig tijdrit kilometers en relatief veel klimwerk niet ideaal is voor hem?
‘Ho ho. Ik schrijf Dumoulin helemaal niet af. Misschien maakt hij wel extra kans om deze Tour te winnen, juist omdat hij niet tot de favorieten zou behoren. Je kan hier ook niks zinnigs over zeggen. Geen wedstrijdsport is onvoorspelbaarder dan wielrennen: één slechte dag omdat je aan de schijt bent, of een lekke band dan wel een lullige valpartij kunnen al genoeg zijn om al je kansen op een mooie eindklassering te zien verdampen. Om gek van te worden. Maar dat is dus ook wielersport. Machtig mooi maar ook volkomen onberekenbaar en meedogenloos zonder aanzien des persoons. Hoe dat voelt, daar weet ik ook alles van.’
Wat was Michael Boogerd eigenlijk gaan doen als hij écht de wielerwereld de rug had toegekeerd?
‘Dan was ik hoogstwaarschijnlijk fulltime huisman geworden. Ik ben een behoorlijke huismus die zoveel mogelijk quality time wil doorbrengen met mijn kinderen en mijn vriendin Darya. Drie of meer weken weg van huis trek ik echt slecht. Expeditie Robinson of Wie is de Mol? heeft me ooit een keer gepolst om mee te doen, maar daar heb ik direct voor bedankt. Wie weet, laat ik me hiervoor ooit nog een keer overhalen als de kinderen wat ouder zijn.’
De gebutste veertiger ‘Boogie’ gaat nu moedig voorwaarts, zonder jongensdromen?
'Nou, ik koester nog één jongensdroom: dat mijn zoon Mikai ooit meerijdt in de voorjaarsklassieker Luik-Bastenaken-Luik, en dan wint en dat hij dan bij het passeren van de finish een vinger opsteekt voor het oog van de camera. En dan de groetjes doet namens mij en uitroept: “Deze is voor pappa!” Dit heb ik ook echt gedroomd, dus ik slaap ook nog wel goed hoor.'