Interview | Mathieu van der Poel: 'Fijn om een concurrent als Wout te hebben'

De ochtend na het WK sprak Mathieu van der Poel met de pers. Hij vertelde uitgebreid over zijn concurrentie met Wout van Aert, hoe Van Aert hem motiveert en hoe hun duel de sport overstijgt, de valpartij in de wedstrijd, het record van Eric De Vlaeminck, Tom Pidcock en zijn eigen toekomstplannen in de cross.

Interview | Mathieu van der Poel: 'Fijn om een concurrent als Wout te hebben'
  • Wout van Aert Wout van Aert
  • Mathieu van der Poel Mathieu van der Poel

Daags na het WK staat een montere en uitgeslapen wereldkampioen in een Zoom-gesprek de pers te woord. Hij heeft het niet laat gemaakt gisteren. Dat komt door de coronaregels natuurlijk. "Thuis heb ik pizza gegeten en een fles wijn opengetrokken met m’n vriendin, maar dat was het dan ook. Ik heb even met m’n vader gesproken na de persconferentie en dopingcontrole gisteren", vertelt Van der Poel. "Het was heel vreemd na de finish, zo zonder toeschouwers. Er was gewoon niets te doen, je kon niet naar een restaurant dus iedereen ging maar naar huis. Het was een beetje triest om eerlijk te zijn en het voelde ook niet echt aan zoals de vorige keren. De euforie was ook anders dan de vorige keren. Je kunt niet even wat doen met je team of vrienden. Maar ik ben blij dat ik weer wereldkampioen ben."

Heb je nog met Wout van Aert gepraat na afloop?

“Nee, we hebben elkaar niet echt gesproken, maar ik denk dat het wel duidelijk was dat het snel tussen ons zou gaan. Zeker op een zwaar parkoers als dat van gisteren. Dan komen de sterksten wel bovendrijven.”

Is deze titel anders dan je vorige drie, zeker wanneer je dat afzet tegen het feit dat je nu veel meer op de weg koerst?

“Een wereldtitel is altijd speciaal natuurlijk. De eerste, in Tabor, is wel de meest speciale voor mij. Bogense was ook speciaal, omdat ik drie jaar achtereen niet wereldkampioen was geworden en er stond toen wel druk op. Nu was ik best relaxed en na vorig jaar merk ik ook wel dat ik steeds beter word in me op één specifieke wedstrijd te richten. Ik heb op zo’n moment bijna altijd goede benen en word vanuit het team ook geholpen. Stress waar ik in ’t verleden nog wel eens mee zat weten ze bij me weg te halen.”

Van der Poel en Van Aert scheren langs de waterlijn.

Het ging gisteren veel over pech. Jij viel, Van Aert had lek. Maar in het verleden heb je ook te maken gehad met lekke banden op een WK. Kun je daar iets aan doen?

“Ik denk dat dat lastig is. We reden gisteren met erg lage bandendruk in verband met het zand. Maar het was een van de weinige lekke banden van het weekend, dus dat was pech voor Wout. Ik denk niet dat we er iets aan kunnen doen. Het hoort bij de sport. Het is niet alleen je hoofd of je benen, het materiaal moet ook werken. In andere sporten zoals Formule 1 is dat nog belangrijker. Het hoort erbij, maar je wil natuurlijk niet dat iemand lekrijdt. Het hielp mij gisteren, maar ik win natuurlijk liever zonder een lekke band bij Wout. Het is jammer dat het gebeurt, maar ik heb mijn portie pech op het WK ook gehad.”

Wat ging er door je heen toen je viel en Van Aert bij je wegreed?

"Ik bleef rustig, want ik had niet het gevoel dat de wedstrijd verloren was. Het parkoers was na de andere wedstrijden erg veranderd en het was voor mij in het begin even zoeken om in m’n ritme te komen. Voor zijn lekke band had ik het gat ook al gehalveerd, dus ik denk wel dat ik goed op de terugweg was. Je ziet wel dat we heel erg aan elkaar gewaagd zijn. Als een van ons twee een gat van 10 seconden heeft, blijft dat ook 10 seconden. Het was echt heel moeilijk om foutloos te blijven, dus ik had op voorhand al voorspeld dat we niet lang samen zouden blijven. Een fout is snel gemaakt in het zand en daar verloor je heel snel tijd mee.”

Hoe blijf je rustig op het moment van zo’n val?

“Dat is een beetje de ervaring denk ik, maar ook het gevoel dat je weet dat er nog niks verloren is. Het was in de tweede ronde en ik had goede benen. Een gat van 20 seconden was veel, maar eigenlijk ook niet veel. Eén keer haperen in het zand en je was er weer bij. Ik bleef wel rustig.”

Over die rivaliteit tussen jullie. Hoe motiveert zo’n sterke tegenstander jou?

“Ik denk dat het belangrijk is om iemand te hebben die ervoor zorgt dat ik m’n limieten op moet rekken. Ik denk dat ik dat ook voor hem doe, we maken elkaar sterker. We hebben al veel mooie duels gehad en wordt een beetje een verhaal op zich. Je ziet dat het duel tussen ons al een beetje groter begint te worden dan de sport zelf. Het is fijn om iemand als hem te hebben, want ik heb er ook voordeel aan.”

Kun je nog beter worden dan dit?

“Dat is de vraag. Als je Van Aert bergop ziet rijden in de Tour de France… Ik denk niet dat iemand dat verwacht had. Hij verlegde daar echt wel z’n grenzen. Of ik m’n grenzen zo kan verleggen weet ik niet, maar het is wel leuk om dat te ontdekken natuurlijk.”

Stel Wout van Aert stopt met crossen of gaat minder crossen. Wat voor effect heeft dat op jouw crossprogramma en motivatie?

“Een beetje misschien. Maar het belangrijkste is dat ik 110% moet zijn om hem te kloppen in de cross. Dat motiveert me enorm. Ik heb hem echt nodig, maar het is niet dat de anderen niet hard rijden, integendeel. Maar als wij op ons beste niveau zitten zijn we de sterksten in koers. Maar als we niet op ons best zijn, zoals in het begin van het seizoen, dan zie je dat de anderen ons kunnen verslaan en dat motiveert me ook.”

Het WK-podium van gisteren.

Op welke manier blijf je het veldrijden met de weg combineren?

“De manier waarop ik nu aan het doen ben is perfect voor mij. Ik probeer het de komende jaren op deze manier te blijven doen. Dus 10-15 crossen gedurende het seizoen, om het gevoel te houden en punten te scoren zodat ik op de eerste rij sta met het WK, want ik blijf me altijd op het WK richten. Ik voel me goed en kijk uit naar de klassiekers. Dankzij corona is er ook niets te doen, dus fietsen is het belangrijkste om te doen nu. Ik geniet ervan.”

Komt er een moment waarop je denkt dat je alles behaald hebt in de cross, waardoor je 100% voor de weg kiest of blijf je altijd crossen?

“Ik denk dat ik altijd blijf crossen. Ik vind het leuk om te doen en het breekt de lange winter een beetje. Wegrenners zijn vooral bezig uren te maken en voor ons is het een leuke manier om in vorm te blijven. Maar het crossseizoen wordt wel steeds minder belangrijk voor me. Het WK blijft altijd belangrijk voor me. Ik denk dat ik niets meer heb te bewijzen in de cross, behalve dat WK winnen.”

Kun je het record van Eric De Vlaeminck, 7 wereldtitels, verbreken?

“Ik denk het wel, maar dan moet ik er nog vier winnen. Ik heb dan nog een lange weg te gaan, maar denk wel dat ik trots mag zijn op de vier titels die ik nu heb. Ik wil in ieder geval tot m’n dertigste op m’n beste niveau blijven. Ik ben er nu niet mee bezig, maar als dat record in zicht komt zal het wel een doel worden.”

Je gaat een andere concurrent uit het veld, Tom Pidcock, ook tegenkomen op de weg. Wat denk je van hem?

“Hij is erg getalenteerd en naar INEOS gaan is een grote stap voor hem. Met al dat zand vond hij gisteren niet zijn parkoers, maar we zagen aan het begin van het seizoen dat Tom zijn parkoersen heeft. Daar is hij erg sterk en iemand om in de gaten te houden. Ik denk dat dat op de weg ook zo zal zijn.”

Volgend jaar is het WK in de Verenigde Staten. Ga je daar aan meedoen?

“Ik heb er nog niet echt over nagedacht, maar ik denk het wel”

Hoe zien de komende weken eruit voor jou?

Ik start m’n seizoen later deze maand in de UAE Tour en daar moet ik wat trainingen voor doen. Voor nu ga ik even rusten. Ik weet nog niet echt wat ik ga doen, een beetje motorcrossen misschien. Het is voor mij niet lastig mijn fiets te laten staan hoor. Of ik naar Spanje ga om me voor te bereiden op het seizoen laat ik afhangen van het weer. Ik wil wat langere trainingen gaan doen in voorbereiding op het wegseizoen en het weer is niet ideaal op het moment."

Cyclocross
  • Cor Vos