Interessant: Van der Poels trainer deelt de gegevens van zijn vier sprints in de Ronde van Vlaanderen

De vier sprints van Mathieu van der Poel naast elkaar gelegd.

Poel
  • Mathieu van der Poel Mathieu van der Poel

In onderstaand bericht analyseerde Thijs Zonneveld al de sleutelmomenten van de Ronde van Vlaanderen 2022, maar nu heeft ook Mathieu van der Poel zijn trainer, Kristof De Kegel, gegevens gedeeld. Namelijk de gegevens van de vier sprints die de Nederlander reed in de vier edities van de Ronde van Vlaanderen waaraan hij deelnam.

In 2019 eindigde Van der Poel als vierde en maakte hij deel uit van een groep van vijftien renners. Eerder in koers was hij gevallen nadat hij door een plantenbak was gereden. Zodoende miste hij de beslissende aanval van Alberto Bettiol, die uiteindelijk naar de zege soleerde.

De sprint voor de derde plek - even eerder was ook Kasper Asgreen ontsnapt - duurde 420 meter en werd begonnen met een snelheid van 49,8 kilometer per uur. Door gebruik te maken van de snelheid van de groep haalde hij een topsnelheid van 67,1 kilometer per uur. Dat was goed voor tien seconden aan 1112 watt met een piekwaarde van 1393 watt. Hij moest toen enkel Alexander Kristoff voorlaten in de sprint.

De gegevens

Een jaar later was Van der Poel op pad met Wout van Aert. Dat jaar was het sprintsegment 230 meter en begonnen de twee rivalen aan 33,5 kilometer per uur. Het was Van der Poel zijn beste sprint van de vier wat betreft vermogens, want hij haalde dat jaar over tien seconden een gemiddeld vermogen van 1361 watt. En daar was hij goed voor een piekwaarde van 1543 watt.

In 2021 - tegen de kansloos geachte Kasper Asgreen - duurde de sprint slechts 190 meter. Ook omdat Van der Poel zich in de laatste meters gewonnen gaf en eerder stopte met sprinten. Opvallend: toen begonnen de twee aan een snelheid van 46,4 kilometer per uur.

Van der Poel wist de snelheid op te voeren naar 58,7 kilometer per uur (meer dan tegen Van Aert, wat met waarschijnlijk met de weersomstandigheden te maken heeft), maar dat was niet genoeg tegen Asgreen. Ondanks dat hij over tien seconden 1261 watt trapte en een piekwaarde had van 1470 watt.

De sprint tegen Pogacar (en Madouas & Van Baarle) duurde 230 meter en werd begonnen aan 'slechts' 32,9 kilometer per uur. De topsnelheid die Van der Poel nog haalde was 57,1. Over tien seconden haalde hij met 1261 watt gemiddeld iets meer uit zijn benen dan tegen Asgreen in 2021, maar de piekwaarde van 1406 watt was minder goed dan in 2020 en 2021.