De Belgische krant Het Belang van Limburg dook even in de archieven om het fabuleuze wielerjaar van de Belgen in de juiste context te zetten. Het is wel wat. Zes ritzeges in de Tour, twee in de Giro, een smak in de (grote) eendagsklassiekers en nog wat bloemenkapers in kortere rittenkoersen. Met 23 stuks doen ze nu al beter dan topjaar 2017, toen de teller staakte op 20 overwinningen.

En daar stopt het nog niet. De Belgen zijn ook op weg om hun record van 100 zeges op een seizoen – alle wedstrijden meegerekend – naar de geschiedenis te fietsen. Die 100 stammen eveneens uit 2017, terwijl er nu al 92 zijn opgeteld.

Dan moeten de maanden augustus, september en begin oktober nog volgen. Met andere woorden de Vuelta, tal van korte rondjes, de najaarsklassiekers en uiteraard de WK-races. Ze zijn er nog niet, maar de kans is niet onbestaande.

De schuldigen? De namen Wout van Aert en Remco Evenepoel duiken uiteraard als eerste op, als vaandeldragers van deze generatie Belgen. Maar ook Jasper Philipsen, Arnaud De Lie, Tim Merlier en Dylan Teuns komen meermaals voor.

Opvallend is trouwens de breedte waarmee het Belgisch peloton dit seizoen presteert. Maar liefst negen verschillende WT-winnaars en meer dan dertig zegepakkers sieren de statistieken.