Column | 5 Dingen die mij opvielen in TDF Unchained: leugenachtig monteren, Franse gekken, Frans chauvinisme en nietszeggende ploegleiders

Onze redacteur keek vol verwondering naar de Netflix-docu over de Tour. Van leugenachtige montage tot rare Fransen.

De wielergemeenschap keek bijna nog meer uit naar de Netflix-docu Tour de France Unchained dan naar Omloop Het Nieuwsblad na een lange winter zonder wielrennen (nou ja, de cross!). Hoe het vaak gaat met die dingen: het wordt een enorme teleurstelling.

(Voor ik een woedende organisatie van de Omloop aan de lijn heb: dat geldt natuurlijk niet voor jullie, maar meer in het algemeen met iets waar je naar uitkijkt. Laat ik Omloop Het Nieuwsblad vervangen door een lente die we nooit hebben gehad dit jaar.)

Goed, de Tour-docu dus. Beelden achter de schermen vanuit de grootste wielerwedstrijd op aarde. Smullen dus voor de wielerliefhebber! Nou, niet echt. Voor iedereen die het wielrennen een beetje volgt, is het nogal een tegenvaller. Ik keek vier afleveringen en hieronder lees je mijn bevindingen in 5 punten - plus een niet te versmaden bonuspunt!

1) Gemaakt voor mensen die niet weten dat een fiets twee wielen heeft

Ik had me voor ik bij het opstarten van Netflix het kenmerkende Pa-dun-(hé, dat is ook een renner)-geluidje al ingesteld om in een cursus 'Wielrennen voor dummy's' te belanden, want dat is waarom dit hele vehikel is bedacht: een groter publiek aanboren voor de wielersport.

Dat bereik je natuurlijk niet door in de eerste tien minuten Mathieu Heijboer en Kristof De Kegel (Netflix had nu uitgelegd wie dat zijn, maar ik laat het even zo..) een heel betoog over de wattages van Wout van Aert en Mathieu van der Poel te laten houden, maar het ondertrof m'n verwachtingen nog, als dat goed Nederlands is.

Alles wordt op een nogal Jeugdjournaal-achtige wijze uitgelegd, van wat de gele trui is tot het feit dat een fiets twee wielen heeft - oké, dat laatste is overdreven, maar dat doen ze in de docu ook nogal, met veel ruimte voor iets té sensationele beelden, nog eens versterkt door bombastische audio.

2) Leugenachtig monteren

Dat punt één is hinderlijk, maar overkomelijk. Het wordt een beetje treurig als ze door middel van montage zaken anders voorstellen dan ze in werkelijkheid gingen. In aflevering één zit een mooi voorbeeld daarvan. Ze doen of er bij QuickStep sprake was van een interne strijd tussen Julian Alaphilippe en Fabio Jakobsen. Wie zou de selectie halen: Julian of Fabio.

Patrick Lefevere zegt er zelfs iets over. Althans, dat wil de docu je doen geloven. In werkelijkheid gaat dat over de situatie Cavendish. Die had ook graag naar de Tour gewild, maar de ploeg koos voor Jakobsen. Vanwege een voorjaar met veel pech en een slechte voorbereiding ging ook Alaphilippe niet naar de Tour en daar heeft Netflix een flinterdun, gek verhaaltje omheen gebrouwd.

3) Frans chauvinisme

Was het een eis van de ASO om mee te werken? Je zou het haast denken. De docu is heel erg Frans. Veel voice-overs in het Frans, bovengemiddeld veel Franse pundits. Zo legt Steve Chainel (Wie? Juist, die toch niet heel bekende oud-renner) ons de wielersport uit.

Nu is de Tour de France ook Frans, maar deze documentaire is toch bedoeld voor een internationaal publiek. Eigenlijk kan dat internationale publiek aflevering 3 wel in z'n geheel overslaan, want die gaat alleen maar over Fransen en Franse ploegen.

Nou ja, misschien toch even kijken vanwege Ben O'Connor en zijn problemen om te communiceren met de Franse ploegleiding van AG2R. En ook vanwege het bonuspunt aan het einde van dit artikel - oké, toch gewoon kijken dus!

4) Franse gekken

Ik was inmiddels al overgegaan tot een kijkadvies voor aflevering 3, maar wil dat hier toch ook nog even kracht bijzetten, want we krijgen ook een hoop Franse gekken te zien in die drie kwartier. Van Marc Madiot, de baas van Groupama-FDJ wisten we het al, maar ook AG2R heeft zo'n idioot rondlopen: Julien Jurdie.

ik had eerlijk gezegd nog nooit van hem gehoord, maar hij is daar ploegleider, heeft heel veel tattoos onder andere z'n eigen palmares) en heel veel testosteron. Hij laat eerder genoemde Ben O'Connor doorrijden met een spierscheuring, scheurt zelf bijna z'n tongspier tijdens het schreeuwen na de etappezege van Bob Jungels (hij heeft nog nooit iemand zo hard zien trappen op een fiets) en is de personificatie van 'die vervelende grapjesoom' opp verjaardagen. Kortom: een totale mafkees.

5) Bevestigd: nietszeggende ploegleiders

Julien mag dan een mafklapper zijn, van de andere ploegleiders raak je ook niet echt onder de indruk. Bij de teambesprekingen inde bussen en in hun teksten door de radiootjes komen ze vaak niet verder dan 'come on, come on!' en 'it will be a heavy day' of andere dooddoeners.

Dat beeld had ik al na het zien van een eerdere docu over - ik meen nog - Rabobank of Belkin waarin toenmalig ploegleider Nico Verhoeven 239.219 keer 'hophophop' heeft zei in de oortjes van z'n renners.

Bonus: Charlotte Patat

Jaja, alleen dit is het al waard om de docu te kijken: de vriendin/vrouw van Thibaut Pinot heet Chralotte Patat. Schitterend! Samen met de beelden van Pinot die voor z'n geitjes zorgt, maakt dat de beelden van die idioot van een Julien Jurdie weer goed.

Al met al zitten er meer van dat soort mooie momentjes in, maar over het algemeen is de docu toch een op sensatie belust vehikel waar iemand die al veel wielrennen volgt, zich lekker aan kan ergeren. Ook mooi natuurlijk!

Columns
  • Beeld: Screenshot Netflix