Nu de grote rondes achter de rug zijn, maken we ons op voor de internationale kampioenschappen. Allereerst het EK, dat vanaf deze week op het programma staat. Op woensdag wordt de tijdrit bij de mannen verreden.
Grote namen ontbreken
De rit tegen de klok op het Europees kampioenschap wordt verreden in Vlaanderen. De start vindt plaats voor het Velodrome Limburg, waarna de renners een stukje over het circuit van Zolder rijden. De finish ligt na 31,1 kilometer - zonder noemenswaardige hindernissen - in Hasselt.
Een tijdrit voor de puristen dus, zoals meestal op een kampioenschap. Toch zijn er een aantal van de beste tijdrijders ter wereld er niet bij in België.
Zo is wereldkampioen Remco Evenepoel er niet bij, evenals Filippo Ganna. Zij passen voor de EK, met het oog op hun voorbereiding op het WK, dat al over twee weken plaatsvindt. Ook titelverdediger Joshua Tarling is er niet bij. Dat komt omdat Groot-Brittanië niet deelneemt aan het EK.
Wie zijn er wél bij?
Een paar van de beste hardrijders ontbreken dus, maar de startlijst staat alsnog vol met tempobeulen. De grote favoriet voor de Europese titel lijkt Stefan Küng. De Zwitser won zondag nog de afsluitende tijdrit in La Vuelta.
Hij lijkt dus in bloedvorm te verkeren en mikt op zijn eerste internationale tijdrit-titel. Hiervoor zal hij echter wel af moeten rekenen met een paar erkende tijdrijders. Zo doet Küngs landgenoot Stefan Bissegger ook mee aan het EK.
Ook Kasper Asgreen is erbij. Hij liet gedurende de Vuelta eindelijk weer eens een betere versie van zichzelf zien. Diens landgenoot Mikkel Bjerg behoort ook tot de grotere kanshebbers op het EK-tijdrijden.
Hoewel bij Italië Ganna ontbreekt, heeft het met Edoardo Affini en vooral Mattia Cattaneo (die derde werd in de slottijdrit van de Vuelta) een paar serieuze kandidaten voor eremetaal. Met Victor Campenaerts heeft België ook een outsider voor de Europese titel in huis.
Duitsland beschikt ook over de nodige paardenkracht. Hardrijders Nils Politt en Max Walscheid kunnen op een goede dag een gooi doen naar het eremetaal, wat ook geldt voor Ivo Oliveira namens Portugal.
Buitenkansje voor de Nederlanders?
Met het ontbreken van meerdere wereldtoppers, ligt er dus een buitenkansje voor hen die het doorgaans moeten afleggen tegen de Ganna's en Evenepoels van deze wereld. Ook voor de Nederlandse afgevaardigden. Zij maken daarmee (een kleine) kans op een podiumplek op het tijdrit-EK.
Dat zijn Thymen Arensman en Daan Hoole. Hoewel Arensman al heel wat goede tijdritten reed in grote rondes, is dit pas de eerste keer dat hij aan een internationaal kampioenschap deelneemt. Even afwachten hoe hem dat vergaat dus, maar hard fietsen kan hij zeker.
Dat laatste geldt ook voor Hoole, die juist wél ervaring heeft op EK's en WK's. Hij vertegenwoordigde Nederland ook op de voorbije Olympische Spelen, waar hij 17e werd. Vorig jaar reed hij ook al het EK-tijdrijden. In eigen land werd hij zevende, op 1'22 van winnaar Tarling.
- Cor Vos