Wuyts: 'Van der Poel zal in Besançon naast een pijnlijke rib wel gevoeld hebben dat de vlucht niet meer zo hoog reikte als in Zonhoven'

Michel Wuyts was niet te spreken over het deelnemersveld tijdens de  Cross van Baal op 1 januari. Het aantal afzeggers was volgens hem ontluisterend. 

Wuyts

Michel Wuyts zit nooit om een mening verlegen. In zijn column in Het Laatste Nieuws schrijft hij het jammer te vinden dat crossers steeds sneller passen voor een wedstrijd. Zelfs Mathieu van der Poel, ondanks diens ribblessure, kon op de nodige kritische noten rekenen van Wuyts.

Thibau Nys

Van wie Wuyts wel genoot tijdens de voorbije periode: Thibau Nys. In Diegem leverde hij volgens Wuyts een overwinning in Baal in, maar juist dat kan op de goedkeuring rekenen van Wuyts. "Je zag Nys junior in Baal inderdaad achter de hoge rug van Aerts wegkruipen. Vijfde, uiteindelijk. Maar wel met mijn respect. In sport is sneuvelen eervoller dan passen."

Dat er zoveel renners wegbleven in Baal vond Wuyts moeilijk te verkroppen. "Wat was het rijtje van wegblijvers ontluisterend: Vandeputte, Sweeck, Van der Poel, Vanthourenhout, Van der Haar. Een paaltje, zei de ene, een kwaaltje, jammerde de andere. Spreekt voor zich dat aan het eind van een helse tiendaagse aftakeling logisch is.

"Nog meer waar is dat saturatie om rust smeekt. Eén of twee crossen schrappen en fixeren op wat voor het individu nog interessant is, daar gaat het om. Crossen à la carte."

Mathieu van der Poel

Ergens snapt Wuyts het dus ook. "Vandeputte leidt in de Superprestige en is vierde in de Wereldbeker. Waarom je dan nog afjakkeren in de X2O? Vanthourenhout staat op één in de Wereldbeker. Riant zelfs. Maar met Aerts als laatste bedreiger weet een mens maar nooit. Pijntje in de keel, dan ook Koksijde maar schrappen."

Terwijl Van der Poel volgens Wuyts ook nog een andere reden heeft om begin dit kalenderjaar niet te crossen. "Van der Poel zal in Besançon naast een pijnlijke rib wel gevoeld hebben dat de vlucht niet meer zo hoog reikte als in Zonhoven."

Al is het niet alleen van deze tijd, beaamt Wuyts. "Vader Nys kan je uren vertellen over ‘iedereen ziek in Baal’. Waar hij als god in het Hageland zestien keer hoog moest presteren, lummelden Vervecken, Wellens, Albert en Vantornout vaak maar wat aan en zaagden later op kampioenschappen de poten van Svens stoel. Namen wisselen, gedragingen nauwelijks."