/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2020%2F02%2Fzzxry9FHyl2L6p1581938368.jpeg)
Uit het onderzoek van Het Laatste Nieuws blijkt dat het Oranje boven is qua prijzengeld. Zo strijkt Annemarie Worst net geen 100.000 euro op. Ter vergelijking: Sanne Cant blijft steken op 'slechts' €25.215. Overigens moet er nog belasting worden betaald over deze bedragen. Bij de mannen is Eli Iserbyt grootverdiener, met €108.380 aan prijzengeld. Toon Aerts en Laurens Sweeck verdienden zo rond de €75.000. Dat is meer dan wereldkampioen Mathieu van der Poel, die €66.000 bij elkaar fietste.
De cijfers laten zien dat Eli Iserbyt de meest regelmatige renner van het seizoen is, ondanks dat Mathieu van der Poel bijna overal won waar hij startte. Dat komt natuurlijk omdat Van der Poel veel minder crossen reed dan Iserbyt. Overigens zijn dit alleen prijzengelden. De toppers verdienen een veelvoud van dit bedrag aan startgelden en hebben daarnaast ook nog een contract bij de ploeg waar ze voor rijden.
Lagere salarissen voor vrouwen
Daarnaast liggen de salarissen bij de vrouwen lager dan bij de mannen. Voor de mannen is het een 'mooi extraatje', de situatie bij de vrouwen is anders. Sinds dit seizoen zijn de prijzengelden zo goed als overal gelijkgetrokken met de mannen, maar hun totale verdiensten komen niet in de buurt. Tegen Het Nieuwsblad vertelt wereldkampioene Alvadaro daarover het volgende: “Ik had er zelf helemaal geen idee van. Het is natuurlijk ook het eerste jaar dat ik zoveel heb gewonnen. Voor mij is mijn prijzengeld hoger dan mijn loon en startgeld. In totale verdienste komen wij niet in de buurt van de mannen, maar heel fijn dat we toch met zo’n bedrag naar huis mogen.”
- Cor Vos