Concurrentie over hoe de Grote Drie te kloppen: 'Alleen op hun schouder'

De concurrentie over Alaphilippe, Van der Poel en Van Aert. Met een grapje, maar ook serieus.

van der poel van aert alaphilippe

Voor ons wielerliefhebbers is de driestrijd tussen Mathieu van der Poel, Wout van Aert en Julian Alaphilippe misschien om de vingers bij af te likken, maar als concurrent van die wattmachines is wellicht om moedeloos van te worden. Hoe klop je de drie matadoren in de komende monumenten?

"Misschien alleen op hun schouders", grapt Yves Lampaert tegenover Sporza. De Belg van Deceuninck-Quickstep - en dus een teamgenoot van Alaphilippe - heeft z'n zinnen op Parijs-Roubaix gezet, waar de wereldkampioen niet start. Als-ie serieuzer op de materie ingaat, komt er niet direct een plan dat veel vertrouwen biedt. "Ik zal sowieso voor de piste weg moeten zijn, want met Van Aert en Van der Poel naar de finish rijden is geen optie. Verder kan ik alleen maar m'n best doen."

Philippe Gilbert wil alle vijf de monumenten op z'n naam schrijven en is daarom vooral gebrand op een zege in Milaan-Sanremo. Maar ook hij is niet erg hoopvol. "Op papier heb ik niet veel kans om te winnen. Die jonge renners hebben geen schrik om van vroeg aan te gaan. We moeten nog afwachten hoe het weer zal zijn en hoe de wind zal blazen, maar ik zou niet verrast zijn als ze al op de Cipressa durven te gaan."

Toch ziet hij ook nog wel kansen. "Het voordeel van mijn leeftijd is dat we soms dan wel plooien, maar nooit breken. Alleen is de explosiviteit wat minder en dat maakt het moeilijk tegen die jonge gasten. Ze remmen ook minder snel dan wij. Op sommige momenten maakt dat het verschil."

Oliver Naesen wil zich vooral in de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix laten zien. "Het wordt niet simpel, hé", zegt Oliver Naesen. "Mocht ik weten hoe je hen kunt kloppen, ik zou het met jullie delen. Die jongens trekken het niveau van iedereen mee naar omhoog, maar hoe je ze dan ook nog moet kloppen... moeilijk."

Hij heeft de meeste hoop voor de Hel van het Noorden. "Roubaix is een afvalkoers. Je mag niet vallen en niet lekrijden. En dan zijn er 1.001 manieren om te winnen." Voor De Ronde hoopt hij op een tactisch steekspel. "Misschien als je met een grote groep de finale ingaat en die rol van topfavoriet als een soort doelwit werkt? Dat van de 20 renners er 18 naar hen kijken? Dat zagen we in Gent-Wevelgem gebeuren."

In de toekomst ziet Naesen er wel wat in om te gaan crossen. Niet eens als ideale voorbereiding, maar ook gewoon omdat het leuk is. "Ik sprak er nog over met Haussler en die zei dat het fantastisch was: 'Ik sla mezelf voor de kop dat ik het niet al mijn hele leven doe.' Het is misschien een idee."

Hier lees je meer over Haussler in de cross. Hij vindt het fantastsich en kan er ook fantastisch over vertellen!