Bijnamen en het ontstaan ervan zijn een van de vele zaken die wielrennen de mooiste sport maken - en meer dan een sport. Hoe die bijnamen precies ontstaan, is vaak een klein mysterie. Wie heeft bijvoorbeeld Robert Gesink voor het eerst De Condor van Varsseveld genoemd?
Als Remco Evenepoel vanaf heden door het leven gaat als de Aerokogel van Schepdaal dan weten we wél precies hoe het zit. Yves Lampaert knalde gisteren een dijk van een tijdrit uit de benen, maar liet in het interview direct na afloop weten voor zijn ploeggenoot Evenepoel te spreken. "Dat is zo'n aerokogel!"
Commentatoren Renaat Schotte en José De Cauwer waren direct onder indruk van de typering van Lampaert en na afloop was ook Evenepoel zelf (die inderdaad nét rapper was dan Lampaert er over te spreken. Hij moest het namelijk tot voor Lampaert hiermee kwam met De Kleine van Schepdaal doen.
In zijn interview na de race begon hij zelf over z'n aeropositie en toen zei de interviewer hoe ploeggenoot Lampie (hoe die bijnaam is ontstaan laat zich raden..) hem even daarvoor had getypeerd. "Kijk, eindelijk hebben ze een goede bijnaam voor me gevonden!", reageerde hij met een lach.
- Cor Vos