Turbulent vanwege zijn val in de Ronde van Baskenland en zijn revalidatie richting de Tour de France. Wonder boven wonder haalde de titelverdediger een hoog niveau in Frankrijk, maar opboksen tegen Tadej Pogacar was te veel gevraagd voor Vingegaard en dus finishte hij als tweede. Nadien reed hij nog de Ronde van Polen, die hij winnend afsloot.
Nu het stof is neergedaald en Vingegaard gaat toewerken richting 2025 een mooi moment om nog eens terug te kijken. Niet lang na de Tour de France sprak Wieler Revue met Vingegaards trainer Tim Heemskerk, die uiteraard terugkeek, maar ook alvast focuste op 2025.
Wat in de Tour de France vooral opviel is dat Vingegaard meer dan in 2022 en 2023 moeite had op het vlakke. Het explosieve werk. Heemskerk: "Als ik erop terugkijk, denk ik: had hij meer explosieve trainingen moeten doen die ten koste zouden gaan van zijn VO2Max en zijn omslagpunt? Hadden we iets meer krachttrainingen moeten toevoegen?"
Alleen, zo benadrukt Heemskerk, is dat ook gekleurd door de prestaties van Pogacar. "Het is dan ook vooral iets om mee te nemen voor volgend jaar. Hoe kunnen we Jonas explosiever maken? Dat zal ook een keerzijde hebben. Als je Jonas veel explosiviteit laat trainen, gaat het ten koste van zijn duurvermogen. Daar moeten we intensief naar kijken."
In de Tour de France was Vingegaard zeker zichzelf nog niet na zijn lange herstel. "We weten dat hij veel spiermassa is kwijtgeraakt. Voor komende winter is het zaak om weer zijn normale lichaamsbouw te krijgen, want dat had Jonas zeker nog niet. Naarmate renners ouder worden, win je ook een beetje aan spiermassa. Het kan een voordeel zijn als hij juist iets zwaarder zal staan dan dit jaar."
Tikkeltje zwaarder
Dat was namelijk ook het geval in het voorjaar, waarin Vingegaard domineerde in onder meer Tirreno-Adriatico. In de Italiaanse rittenkoers reed hij net zo dominant in de rondte als Pogacar. "Dat explosieve was iets wat hij juist in het begin van het jaar wél kon. Op dat vlak was hij beter geworden. In Gran Camiño en Tirreno-Adriatico waren zijn 1 en 2 minuten-waarden weer beter."
"Daar lag juist de groei ten opzichte van 2023. Hij was een tikkeltje zwaarder geworden. Niet in zijn huidplooien, maar vooral in spiermassa. Voor een renner is dat altijd even schrikken, maar ik bekijk meteen of het functioneel is. In absolute zin reed hij in het begin van het jaar harder en juist daardoor was hij nog beter."
"Ik kan niet zeggen of we in de Tour ook zo’n stap hadden kunnen zetten als Jonas niet was gevallen. Ik heb geen kristallen bol. Alleen ik zag dat hij heel fit de winter in was gegaan na de dubbel Tour-Vuelta. Hij kwam vervolgens niets tegen en toen hij begon te koersen in het voorjaar zag ik waardes waarvan ik dacht: holy shit, wat is dit? Hij is nog weer beter geworden."
- Cor Vos