Rijdt Mathieu van der Poel volgend jaar Parijs-Roubaix?

Het moge bekend zijn: de Olympische Spelen over twee jaar in Tokio zijn het grote doel van Mathieu van der Poel. Op de mountainbike wil hij in Japan strijden om goud. Maar dat wil niet zeggen dat hij in de tussentijd niet op de weg te zien zal zijn.

Mathieu van der Poel

Het gaat lekker met de veelvraat van het veldrijden. Zijn zegeteller staat dit seizoen alweer op negen. En dat na een goedgevuld weg- en mountainbikeseizoen, waarin hij eveneens vele successen wist te boeken. En het is wat 2018 betreft nog lang niet klaar: ook de komende anderhalve maand zal hij ongetwijfeld nog in veel crossen zijn handen de lucht in mogen steken.

In het programma Peptalk heeft de kopman van Corendon-Circus alvast laten doorschemeren welke wegwedstrijden volgend jaar op zijn wedstrijdprogramma zouden kunnen staan. "Ik zal voor het eerst enkele grotere wegwedstrijden rijden. Gent-Wevelgem misschien, net als een paar andere klassiekers. Parijs-Roubaix zou daar weleens tussen kunnen zitten." Zekerheid kan MvdP echter nog niet geven. 

Mathieu van der Poel dendert in zijn rood-wit-blauwe tricot over de kasseien. Gaan we dit beeld volgend jaar opnieuw zien?

De Vlaamse voorjaarsklassiekers staan de wedstrijden om de mountainbikewereldbeker in ieder geval niet in de weg. De eerste wedstrijd van het regelmatigheidsklassement, waarin Van der Poel afgelopen seizoen als tweede eindigde en diverse overwinningen pakte in de zogenoemde short track-races, vindt 18 en 19 mei plaats in het Duitse Albstadt. Het Vlaamse voorjaar begint 2 maart met de Omloop het Nieuwsblad en wordt 14 april afgesloten met Parijs-Roubaix.

Een maand voor de Omloop wordt het WK veldrijden betwist in het Deense Bogense. Na zijn eclatante zege in 2015, toen hij de regenboogtrui veroverde in Tabór, moest Van der Poel de wereldtitel steeds laten aan Wout van Aert. "Het WK is het eerstvolgende echt grote doel", laat Van der Poel weten in het praatprogramma van Ziggo Sport.

Van der Poel koestert ook de ambitie om in de toekomst ooit aan de Tour de France mee te doen: "Ik zou de Tour ooit wel willen rijden", liet hij desgevraagd weten. De eerste twee jaar ziet het multitalent dat echter niet gebeuren: "ik wil niet alles snel doen omdat het nu goed gaat. Ik wil het wielrennen nog een tijdje blijven volhouden. Na de Olympische Spelen ben ik 25. Dan zou ik in principe nog tien jaar op de weg kunnen rijden..."

Daarnaast geeft Van der Poel te kennen dat hij de afwisseling het leukste blijft vinden. "Ik zou niet een heel jaar willen veldrijden, mountainbiken of op de weg rijden. Ik vind het leuk om te combineren."