John Degenkolb kende een seizoen met ups en downs, waarbij de Duitser nu weer helemaal terug lijkt. "Mentaal was het een uitputtend jaar, maar ook fysiek."
In januari werd John Degenkolb - samen met vijf ploeggenoten van Giant-Alpecin - van de sokken gereden door een auto op trainingskamp. Een revalidatieperiode van vier maanden volgde, waardoor hij ook de voorjaarsklassiekers aan zich voorbij moest laten gaan; dat terwijl hij 'titelverdediger' was in zowel Milaan-Sanremo als Parijs-Roubaix.
In de Tour de France kon hij geen vuist maken in de sprints tegen Mark Cavendish, Marcel Kittel, Andre Greipel en Peter Sagan, maar in augustus kwam de eerste zege van 2016 in de Arctic Race of Norway. Daarna volgde nog wel een teleurstellend WK voor de Duitsers, waarin Degenkolb live op tv alle frustraties van zich af gooide (hij spuitte een bidon leeg over Jens Debusschere, die asstopwerk verrichte).
"Het was het moeilijkste seizoen uit mijn carrière", blikt Degenkolb met Cyclingnews terug. "Zowel mentaal als fysiek was het uitputtend. Soms dacht ik: 'fuck, het is te moeilijk'. Maar ik heb nooit opgegeven en volgens mij ben weer op de weg terug."
Die weg terug is volgend seizoen bij Trek-Segafredo, die Deze haalde als opvolger van de gepensioneerde Fabian Cancellara. Bij zijn nieuwe ploeg start de Duitser vol motivatie aan het nieuwe jaar. "Ik ben er honderd procent zeker van dat de klassiekers volgend jaar geweldig zullen verlopen."
Foto: Cor Vos