Het voorjaar wordt ontsierd door veel en zware valpartijen. Met Wout van Aert, Jonas Vingegaard en Remco Evenepoel liggen momenteel maar liefst drie wereldtoppers in de lappenmand. Ook de wielerliefhebber lijdt eronder. We zijn eind april en een echte titanenstrijd kregen we door de afwezigheid van veel wereldtoppers nog niet te zien.
Wielerfans en renners wezen de voorbije jaren graag organisatoren en de UCI als schuldige aan, maar dit seizoen lijkt men te gaan beseffen dat het probleem misschien toch vooral bij de renners zelf ligt. Wout van Aert, Jonas Vingegaard én Remco Evenepoel gingen bijvoorbeeld alle drie aan 80 km/h tegen de grond, in een koersfase waar het helemaal niet nodig was om snel te koersen.
Zelfs Mathieu van der Poel en Tadej Pogacar vertelden onlangs nog dat het de renners zijn die te veel risico nemen. Bauke Mollema deelt die mening. "Ik blijf erbij, het grootste deel ligt aan de renners zelf", zegt de 37-jarige veteraan van Lidl-Trek aan Het Laatste Nieuws.
"Valpartijen zullen er altijd zijn. Maar grote valpartijen met dit soort hoge snelheden als in het Baskenland, dat is zo zonde. Er is veel gevaar in de koers op momenten dat het niet eens zo belangrijk is."
De Nederlander die aan zijn 17e seizoen als profrenner bezig is, vindt dat het hoog tijd is voor ingrijpende maatregelen. Hij heeft daarom vier voorstellen om de koers veiliger te maken, het ene al wat radicaler dan het andere.
Weg met oortjes
Zijn eerste voorstel is het afschaffen van oortjes. "Oortjes geven zoveel stress. Doe de radio’s en oortjes weg of gebruik alleen de neutrale wedstrijdradio met tijdsverschillen en parkoerssinformatie. Geen ploegleiders meer die bij renners in hun oren tetteren en vertellen dat ze vooraan moeten zitten."
Adam Hansen, voorzitter van rennersvakbond CPA is voorstander. "Maar de teams zullen waarschijnlijk tegen zo’n plan zijn. Voor hen is het een nachtmerrie, want in feite maak je dan ploegleiders in de auto irrelevant."
Maximum verzet
Voorstel nummer twee is een maximum verzet, om de snelheid op gevaarlijke plekken te minderen. "Nu rijdt iedereen met veel grotere versnellingen, waardoor je bij kunt trappen in afdalingen. Vroeger reed ik zelf 53 x 11 als zwaarste versnelling."
"Na een paar jaar werd dat 54 x 11 en nu rij ik 54 x 10. Mijn ploeggenoot bij Lidl-Trek, Mads Pedersen, rijdt zelfs 56 x 10. Dan kan je nog bij trappen als we 80 kilometer per uur gaan."
Kleiner peloton
Vaak gaat het mis wanneer een groot peloton renners als haringen in een ton zitten te vechten om een plekje op te schuiven. Volgens Mollema kan een kleiner peloton dat probleem verhelpen. Vorige zondag reden 175 renners de Amstel Gold Race.
"Dat is veel te veel voor zo’n koers me zo'n smalle wegen. Waarom geen peloton van 120 man? Vijf of zes man per ploeg en alleen de WorldTour-teams plus dan misschien de ploeg van Tour de Tietema."
Dat ziet Adam Hansen niet zitten. Logisch, want als voorzitter van de rennersvakbond verdedigt hij de belangen van alle renners. "Als CPA kan ik de oproep voor een kleiner peloton niet steunen, omdat veel renners dan hun baan verliezen. Wij willen zoveel renners als mogelijk aan de start. Ik weet ook niet of een kleiner peloton daadwerkelijk het aantal valpartijen terugbrengt."
Strengere straffen
Tot slot is Mollema ervan overtuigd dat strengere straffen de veiligheid moet ten goede komen. Het weggooien van bidons in het peloton en gevaarlijk gedrag tijdens de sprint wordt volgens Mollema te licht bestraft. "Er is te veel willekeur en vaak wordt er enkel gestraft als het fout gaat."
Hansen zegt dat er in april of mei zal geëxperimenteerd worden met gele of rode kaarten zoals in het voetbal. "Wij hebben de jurycommissarissen gevraagd om strikter te handhaven. Sprintfinishes moeten veel beter gereguleerd worden. Michael Matthews wordt in de Ronde van Vlaanderen gestraft en teruggezet terwijl andere renners ergere dingen doen en dan wordt niet ingegrepen."
- Cor Vos