Tadej Pogacar na ongekende solo in Strade Bianche: 'We hadden weinig renners meer en dus besloot ik maar aan te vallen'

Vooraf kondigde de Sloveen al aan te demarreren op de Santa Maria. Hij hield woord, want nadat ploegmaten Isaac del Toro en Tim Wellens de koers hard hadden gemaakt, versnelde Pogacar vervolgens. Sepp Kuss deed nog een halve poging om te volgen, maar moest de achtervolging al snel staken.

Santa Maria

Pogacar was vertrokken voor een solo van liefst 81 kilometer. Aan het eind van de Santa Maria had hij al zo'n beetje twee minuten voorsprong en die breidde hij vervolgens steeds verder uit. Pogacar had alle tijd om fans en bekenden te begroeten. Eerste achtervolgers Toms Skujins en Maxim Van Gils kwamen uiteindelijk op een kleine drie minuten aan in Siena.

"Ik weet eigenlijk niet waarom", was Pogacar zijn eerste reactie op de ongekende solo. "Het ging vanaf het begin van de wedstrijd al snel en zo ontstond er al een natuurlijke selectie. Dat hadden we niet verwacht. Richting de Monte Sante Marie kwamen we in een soort hagelstorm, waarna we met zo'n 25 man overbleven."

Mooiste koersen

"De ploeg deed het geweldig, maar op dat moment hadden we niet veel renners meer over", vervolgde Pogacar, die vooral mooie woorden over had voor de ijzersterke Isaac del Toro en Tim Wellens. "Toen besloot ik maar aan te vallen. Ik wist dat het lang zou zijn, maar ik had een gat en bleef gaan."

"Ik dacht niet al teveel na. Aan het begin van de wedstrijd voelde ik mij goed, en dat bleef ik ook voelen toen het zo begon te regenen. Mentaal is het lastig om aan zo'n eerste koers te beginnen, omdat je niet weet waar je staat. Maar de voorbereiding ging heel goed. Zodoende kon ik meer toewerken naar deze wedstrijd, maar dat was het allemaal waard. Ik vind het een van de mooiste koersen die er is, dus ik ben tevreden."