Ploegleider Lotto luidt de noodklok en pleit voor salary cap: 'UAE vermoordt de competitiviteit' 

Lotto-ploegleider Nikolas Maes ziet de toekomst voor het wielrennen somber in als de UCI niet ingrijpt. 

nikolas maes in een ploegleidersauto van lotto

Lotto begint dit seizoen met een co-sponsor minder (Dstny gaf er de brui aan) en ook met een pak minder toprenners. Victor Campenaerts, Florian Vermeersch en in extremis Maxim Van Gils vertrokken respectievelijk naar Visma | Lease a Bike, UAE Team Emirates XRG en Red Bull-BORA-hansgrohe.

Lotto slachtoffer van koopdrang grote teams

Dat zijn niet geheel toevallig de meest kapitaalkrachtige ploegen in het peloton. Het viel ook Nikolas Maes op, ploegleider bij Lotto. Het is niet alleen dat zijn eigen ploeg erdoor getroffen wordt, de 38-jarige oud-renner die in 2020 zijn fiets aan de haak hing, maakt zich zorgen over de wielersport in het algemeen. Volgens hem is het een bijzonder slechte ontwikkeling dat een paar ploegen bijna alle goede renners contracteren.

"Als je zoals UAE tien miljoen over hebt en je schaft tien renners met een miljoen salaris aan, dan heb je een dikke ploeg. Maar daarmee vermoorden ze ook een beetje de competitiviteit van de kleinere ploegen. Een salary cap is daartegen al opgeworpen als idee. Dat is moeilijk in te voeren, maar zou voor de sport niet slecht zijn. Zonder salary cap gaan we naar een competitie met nog vier ploegen die kunnen winnen", zegt hij tegen In De Leiderstrui.

Opleidingskosten

Een ander idee dat Maes omarmt, zijn opleidingsvergoedingen. Veel renners maken de stap naar zo'n groot team als ze al een paar jaar voor een beloftenteam van een kleiner team hebben gereden. Hij haalt de casus Van Gils aan.

"Het is aan de UCI om te zorgen voor een opleidingsvergoeding voor renners als Van Gils. Wij zijn ook een opleidingsploeg, want ons development team is echt goed en we halen enorm veel talenten binnen, maar de helft van de talenten zijn we binnen drie jaar kwijt. Dat is spijtig van de energie die je erin stopt. Dat kost geld en energie die we niet in onze eerste ploeg steken, maar in het development team. Maar we moeten dat ook doen, want onze renners nu zijn bijna honderd procent eigen talent", besluit hij.