1) Marc Hirschi
Met z'n wereldtitel tijdens de wegrace op het WK voor beloften in Innsbruck (2018) was Marc Hirschi natuurlijk al een grote, jawel, belofte. Maar er zijn genoeg voorbeelden van coureurs die die belofte niet inlossen. In z'n eerste profjaar deed Hirschi dat ook niet per se (alhoewel, een derde plek in de Classica San Sebastian), maar afgelopen seizoen loste hij de belofte dubbel en dwars in. Op een zo'n indrukwekkende manier dat het toch een verrassing was - voor mij dan.
Ook omdat ik dacht dat het na een zware Tour dan wel iets minder zou gaan, maar Hirschi stond er juist ook in het 'naseizoen' met een podiumplekken op het WK en in L-B-L en een overwinning in de Waalse Pijl. Met die sterke prestaties is Hirschi voor mij de verrassing van 2020; hij was gewoon een van de beste coureurs in 2020 en niemand had dat bij voorbaat op z'n voorspellingslijstje gezet.
2) Sepp Kuss
Sepp Kuss staat natuurlijk ook als groot talent te boek, maar zo sterk als hij de Tour en de Vuelta in dienst reed van Primoz Roglic had ik 'm niet verwacht. Hij hoorde in beide rondes bij de beste vijf klimmers. Nog wat constanter worden en een betere tijdrit en Kuss doet zelf mee voor de eindzege.
3) Tao Geoghegan Hart
Ook Tao Geoghegan Hart stond te boek als groot talent, maar hij stagneerde de afgelopemn jaren toch een beetje - wellicht ook omdat hij veel in dienst moest rijden. Nadat Gerraint Thomas uitviel in de Giro ontbolsterde het talent van Hart en werd hij zo'n beetje met de dag sterker, uiteindelijk - ook met dank aan Rohan Dennis - resulterend in de eindzege.
4) Jai Hindley
Ik moet heel eerlijk zeggen dat de naam Jai Hindley me voorafgaand aan de Giro niet bijzonder veel zei. Ik wist dat-ie bij Ssunweb reed en een Australiër. Een beetje zoals Robert Power, maar dan met een minder toepasselijke naam voor een wielrenner. Nou, nu weet ik wel wie Hindley is, een verrassing dus!
5) Richie Porte
Na vier talenten is het tijd voor een oude rot, want die kunnen natuurlijk ook verrassen. Richie Porte deed dat eigenlijk vooral door in de Tour op z'n fiets te blijven zitten en geen slechte dag te hebben. De Tasmaniër werd derde en dat is op z'n oude dag een behoorlijke verrassing. Hij stond voor de Tour op m'n lijstje met renners die je absoluut niet in je tourpoolteam moest opnemen. Dat bleek onterecht, waardoor ik diep door het stof moest.
6) Arnaud Démare
Nog een renner die al een poosje meedraait in dit lijstje, maar Arnaud Démare reed een ijzersterk seizoen - hij is de zegekoning van 2020 - en dat is gezien zijn matige vorige seizoen een verrassing. In 2019 won Démare 'maar' één etappe in de Giro en won hij een paar kleine koersjes. Dit seizoen reeg hij de zeges aan elkaar in Italië en was hij ook in andere koersen duidelijk de sterkste sprinter - en bewees hij ook wat lastigere aankomsten aan te kunnen.
7) Joao Almeida
Meer dan twee weken reed de jonge Portugees van Deceuninck-QuickStep in het roze. Dat hij goed kon tijdrijden was voor de meeste wielerkenners geen geheim, maar hij klampte bergop ook verrassend lang aan. Of het ooit een klassementsrenner voor een grote ronde wordt, is nog de vraag. Maar met met z'n rappe eindschot is het zeker ook iemand om voor de Waalse klassiekers in de gaten te houden.
8) Hugh Carthy
Hugh Carthy valt met z'n 26 jaar eigenlijk net tussen talent en gevestigde renner is. Met zijn derde plaats in de Vuelta vestigde hij afgelopen seizoen wel z'n naam als klassementsrenner in een grote ronde. Hij was bovendien de sterkste op de Angliru; eentje die goed staat op je palmares.
9) Thymen Arensman
Dat Thymen Arensman het in zich heeft om een grote renner te worden, liet hij al zien in de Ronde van de Toekomst van 2018, waar hij tweede werd achter ene Tadej Pogacar. Maar dat je je dan als 20-jarige groterondebutant zo in het strijdgewoel mengt, is toch wel een verrassing. Vooral omdat hij als jonkie in de derde week nog zo sterk was.
10) De klimmer Wout van Aert
Huh? Wout van Aert een verrassing? Ja, want dat Van Aert kon sprinten wisten we. Dat hij kon tijdrijden wisten we ook. Maar wat Van Aert bergop in de Tour (en de voorbereidingskoersen) liet zien, kwam toch wel als een verrassing. Had-ie voor zichzelf mogen rijden, dan had hij zeker top 10 gereden, durf ik hier wel te beweren.
- Cor Vos