Dit verdienden de Nederlandse wielrenners op de Olympische Spelen

Een olympische medaille is niet alleen een prachtige bekroning van vaak jarenlang hard labeur, er zit ook een financieel voordeel aan. NOC*NSF beloont namelijk elke medaille met een premie en voor de Nederlandse wielrenners en wielrensters rinkelde de kassa soms lekker.

Dit verdienden de Nederlandse wielrenners op de Olympische Spelen

Ten eerste is zo'n medaille natuurlijk al het nodige waard, maar we gaan er niet vanuit dat de renners en rensters hun felbegeerde plakken zomaar van de hand gaan doen. Van NOC*NSF krijgen alle medaillewinnaars en -winnaressen een bonus en dat zijn best fikse bedragen: €30.000 voor goud, €22.500 voor zilver en €15.000 voor brons. Daar moet nog wel inkomstenbelasting over betaald overigens.

Overigens wordt alleen voor de eerste medaille de volle mep overgemaakt. De tweede medaille die een atleet wint levert tweederde van het oorspronkelijke bedrag op, de derde 'slechts' één derde van dat bedrag. De kleur (goud, zilver of brons) maakt daarbij niet uit. Dit is nadelig voor Annemiek van Vleuten, die eerst zilver in de wegrit en daarna goud op de tijdrit won.

Voor teamsporters (zoals op de teamsprint) is de verdeling dan ook weer wat anders. NOC*NSF hanteert daar een formule voor, namelijk de vergoeding voor individuele deelnemers keer de wortel van het aantal deelnemers gedeeld door het aantal deelnemende teams. De baansprinters verdienden elk €11.250 met hun gouden plak. Voor Lavreysen was het wedstrijdprogramma dus ook nadeling. Omdat hij zijn gouden medaille op de sprint won nadat hij goud won de teamsprint ontvangt hij voor zijn individuele goud van NOC*NSF niet €30.000, maar €20.000. Het was voor Lavreysen dus lucratiever geweest wanneer de individuele sprint voor de teamsprint was verreden.

Verdiende premies door Nederlandse wielrenners

Harrie Lavreysen, Goud op de teamsprint, goud en brons individueel: €36.250

Annemiek van Vleuten, zilver en goud: €42.500

Jeffrey Hoogland, goud op teamsprint en zilver individueel: €26.250

Niek Kimman en Shanne Braspennincx, goud: €30.000

Matthijs Büchli, Roy van den Berg, goud op teamsprint: €11.250

Tom Dumoulin, zilver: €22.500

Kirsten Wild, Merel Smulders, Anna van der Breggen, brons: €15.000