Het 'wisselvoorstel' van Movistar-baas Unzué werd lang geleden al gedaan door... Johan Cruijff!

Johan Cruijff was op voetbalgebied een orakel, maar hij bemoeide zich het liefst met alles wat los en vast zat. Te gast bij Barend & Van Dorp loste hij bijvoorbeeld eens het fileprobleem op - de Hoge Heren in Den Haag hebben duidelijk niet naar hem geluisterd.

Tour in Barcelona

Ook over andere sporten had De Verlosser wel een mening, en dus uiteraard ook over wielrennen. In de Tour van 2009 was Barcelona finishplaats (Thor Hushovd won er) en dus was het 'logisch' dat Cruijff die dag de gast van Rabobank was.

Hij zat de hele dag naast de toenmalige ploegleider Erik Breukink in een van de volgauto's. Cruijff wees Breuk op een leuk driesterrenrestaurant met een vrouwelijke kok, zei dat ze de verkeerde weg door Barcelona namen, maar bemoeide zich volgens de ploegleider ook inhoudelijk met de sport.

Cruijff tijd ver vooruit

Erik Breukink twitterde namelijk gisteren over een van de voorstellen van Movistar-baas Eusebio Unzué. Die stelde onder meer voor dat ploegen renners mogen wisselen in een grote ronde, bijvoorbeeld als er iemand in de eerste week uitvalt bij een valpartij.

“Waarom zouden we dat niet toestaan ​​als er in de eerste week een van je renners moet opgeven? Alle ploegen bereiden zich voor met tien of elf renners, wij laten er op het laatste moment twee of drie thuis en als er een renner valt, heb je dan geen recht op een invaller? Waarom zouden we het niet proberen?”, zegt de Spanjaard.

Maar Cruijff deed die suggestie dus bijna vijftien jaar geleden al. Het Orakel was z'n tijd weer eens ver vooruit...

Ik had ooit eens legend Johan Cruijff mee in de ploegleiders auto. Hij vroeg zich dat toen ook al af. https://t.co/vNpZnsq9yA pic.twitter.com/8nCsv8A2El

— Erik Breukink (@BreukEB) February 6, 2024

Andere voorstellen Unzué

Naast het wisselvoorstel kwam Unzué nog met twee andere voorstellen om de wielersport te hervormen. Z'n eerste voorstel is om renners die zwaar vallen in een rittenkoers, meteen uit koers te nemen en ze de volgende dag alsnog toestemming te geven om van start te gaan.

“Een renner die valt, moet soms zestig of tachtig kilometer afleggen met een gebroken bot om de volgende dag te kunnen starten. Hij kan namelijk pas onderzoeken ondergaan nadat hij de finish haalt en als een dier heeft afgezien.”

Daarnaast ziet hij het liefst ook kortere grote rondes van vijftien dagen. "Dan zouden de beste renners wellicht zowel de Giro, de Tour als de Vuelta rijden”, legt Unzué uit.

“Het zou hen voldoende tijd geven om tussendoor te recupereren en competitief te zijn in alle grote rondes. Het zou spektakel creëren waarin de besten meer tegen elkaar zouden koersen.”