Tom Dumoulin is inmiddels vast druk in de weer met poepluiers en andere zaken die bij het kersvers vaderschap horen, want begin oktober grepen de kleine vingers van Oscar naar de hand van papa Tom.
Dumoulin kon zich opladen voor grote doel
Enige tijd daarvoor blikte Dumoulin in de podcast van Jens Voigt en Bobby Julich, die The Odd Tandem heet, nog eens terug op z'n carrière. Daarin ging het ook over de moeilijke periode die hij doormaakte toen hij naar het toenmalige Jumbo-Visma trok en dat niet zo uitpakte als hij wilde.
In 2020 reed hij nog wel de Tour en werd daar - uiteindelijk - in dienst rijdend van Primoz Roglic nog zesde in het lagemeen klassement. Maar aan het begin van het seizoen erna kondigde Dumoulin aan dat hij een break nam van het wielrennen.
Dat deed hem goed. Hij begon weer aan fietsen te denken en dan met name dat ene doel: de Olympische Spelen in Tokio. "Die waren vanwege corona natuurlijk uitgesteld. Ze waren al vier, of dus eigenlijk vijf jaar een enorm groot doel voor mij. Het parkoers in Japan was perfect voor mij, echt perfect!"
Moerenhout geeft vertrouwen voor één van de mooiste prestaties
Probleempje: Dumoulin had in maart, toen het weer begon te kriebelen, totaal nog geen training in de benen. Toch trok hij toen de stoute schoenen aan. "Ik nam contact op met bondscoach Koos Moerenhout en vertelde hem van mijn plan, maar zei ook dat ik nog totaal niet getraind had."
Het is daarna aan het vertrouwen van Moerenhout te danken dat we Dumoulin in Tokio zagen schitteren. "Hij moest een maand later al z'n selectie bekendmaken en zei me dat ik de enige potentiële specialist die een kans op een medaille had, dus dat hij er voor wilde gaan. Dat vertrouwen deed me heel erg goed."
Het resultaat is bekend: Dumoulin won zilver in spannend secondenspel met Rohan Dennis en (in eerste instantie) Stefan Küng. Na een oppermachtige Primoz Roglic was dat het best denkbare resultaat. Het stemde Dumoulin dan ook zeer tevreden.
"Ik was zowel mentaal als fysiek nog zeker niet honderd procent op de toppen van m'n kunnen, maar ik werkte zo hard als op dat moment kon. Daarom vind ik dit één van de mooiste prestaties uit m'n carrière. Het was eigenlijk de enige échte reden waarom ik nog terug wilde keren als wielrenner."
- Cor Vos