Column | Kom kom, Mathieu, zo leuk is dat mountainbiken nu ook weer niet...
Onze redacteur keek vrijdag en zondag mountainbiken na alle enthousiaste verhalen van Mathieu en heeft er nu wel een mening over... (met een korreltje zout, mensen)
Het afgelopen weekend keek ik denk ik voor het eerst sinds Bart Brentjens Olympische medailles won weer naar een mountainbikewedstrijd (dit is niet helemaal waar, want om m'n geloofwaardigheid als wielerstukjesschrijver een beetje te redden: ik zag Van der Poel heus al wel 's over de stenen stuiteren, maar in een column mag je altijd overdrijven - en ik keek nog nooit zo aandachtig als vrijdag en zondag).
Mathieu van der Poel had me er met al z'n enthousiaste verhalen over de sport zo warm voor gemaakt dat ik Feyenoord-Ajax, Max Verstappen en de onderhoudende dialogen van Karsten Kroon en De Babbelbelg over ooievaars in hun martelgang onder de noemer 'een vijf uur durende integrale uitzending van een sprintersrit in de Giro' op Eurosport er even links voor liet liggen. TV-geluid op mute, laptop aan.
Op die laptop surfte ik naar de site van Red Bull, waar Bart Brentjens het commentaar bij de livestream van de wereldbekerwedstrijd in Albstadt gaf (Brentjens loopt schijnbaar als een rode draad door mijn mountainbikewedstrijdkijkcarrière..) Het viel toch wat tegen, Mathieu. Niet het commentaar van Brentjens - voor Engels met een Brabantse tongval kun je me 's nachts wakker maken - maar het mountainbiken zelf.
Vrijdag zag ik Mathieu en de rest al aan het werk in de short race. Ik kreeg er een enorm schaats-déjà vu van. Twintig minuten lang rondjes rijden met minder ruimte om in te halen dan op de provinciale weg van Groningen naar Emmen. Laatste rondje even op z'n Patrick Roests gas geven en klaar. Je had er zelf nota bene niet eens een warming-up voor nodig, Mathieu!
Het echte werk op zondag dan maar. Nou, dat bleek vooral over een hoop stenen rijden te zijn, om er dan vervolgens zo snel mogelijk weer af te stuiteren. Sprongetje hier, sprongetje daar. Maar als ik springen wil zien, kijk ik wel naar het Concours Hippique van Aken of een andere stad waar ze vaak paardenspringwedstrijden houden.
Brede sturen, smalle paadjes (jaja, ik weet dat ik die single tracks moet noemen..). Dat is heel kort samengevat wat MTB'en inhoudt. En die twee zijn geen goede combinatie. Dat gevoel als je achter een vrachtwagen zit die een andere vrachtwagen inhaalt; mtb'ers ondergaan het voortdurend.
Daarbij had de regisseur van dienst ook nog eens de aandachtsspanne van een kleuter, waardoor je totaal geen overzicht had en was er bij tijd en wijle het geluid van een specht te horen die een boom in Albstadt te lijf ging met z'n snavel - het zal waarschijnlijk iets anders geweest zijn, maar een teringherrie was het.
Nee Mathieu, je had me met dat 'mountainbiken is het gaafste' nieuwsgierig gemaakt, maar honderd keer liever de Strade en het geluid van een ratelende helikopter boven een peloton dan dit. Om te doen is het vast hartstikke leuk (sterker nog: dat is het, kan ik uit eigen ervaring schrijven); als kijksport stelde het zwaar teleur. En Bart Brentjens had het ook al niet over ooievaars in z'n tuin.
Etappe 2. Het gaat hard vandaag (met de dieren dan). Na uitgebreid ooievaars analyseren nu weer dieren met vier poten. De roze koeien konden niet echt op de goedkeuring rekenen van Karsten en Jeroen, maar dit ezeltje wel. "Och kijk nou, ook nog een ezeltje! Dat is toch prachtig!" pic.twitter.com/0xkv2GWKWs
— André van den Ende (@zwoebe) May 9, 2021
- Alpecin-Fenix