Tuurlijk, het helpt als je over een supertalent als Filippo Ganna kan beschikken. Maar ook met Grande Ganna in je achtervolgingsploeg zul je natuurlijk wel een beetje moeten trainen - understatement - op het onderdeel waarin in 4 kilometer eigenlijk alles moet kloppen. Dat trainen was heel lang niet zo vanzelfsprekend voor de Italiaanse ploeg die gisteren na een Hitchcockiaanse ontknoping het goud won ten koste van Denemarken.
Waar de Nederlandse baanploeg onder perfecte omstandigheden kan trainen op de hypermoderne wielerbaan in Apeldoorn, daar lag het Italiaanse baanwielrennen behoorlijk op z'n gat de afgelopen jaren. Heel lang was er zelfs geen baan met een dak erop.
Nu is het in Italië mooier weer dan in Nederland, maar wie de afgelopen editie van de Giro heeft bekeken, weet ook dat het er nog wel eens kan regenen - andermaal een understatement. En dat betekent bij een onoverdekte baan dat je gewoon niet kunt trainen, want dat is veel te gevaarlijk.
Sinds een paar jaar hadden ze dan eindelijk toch een baan met een dak, in Montichiari nabij het Gardameer. Probleem: dat dak begon te lekken en de baan ging bijna voor een jaar op slot in 2018 en 2019. Het was aan een paar bergbeklimmers te danken dat de baan weer open kon. Zij plaatsten grote zeilen boven de baan, waardoor Ganna en consorten zich voor konden bereiden op de Spelen.
Nog steeds niet de ideale omstandigheden, maar het bleek genoeg om de Denen uiteindelijk 166 duizendsten voor te blijven. De Italianen moeten natuurlijk vooral Ganna bedanken, maar laten we ook die bergbeklimmers niet vergeten...
- Cor Vos