Richard Groenendaal prijst zijn nieuwe 'concurrenten': 'Fenomenen als Wout en Mathieu zullen we nooit meer meemaken'

Oud-wereldkampioen veldrijden Richard Groenendaal is terug op het hoogste niveau. Als ploegleider, en hij heeft er zin in met frisse, nieuwe ideeën!

richard groenendaal

21 jaar geleden veroverde Richard Groenendaal in zijn eigen Sint-Michielsgestel de wereldtitel veldrijden. Een jongensdroom. Inmiddels is de 50-jarige Brabander alweer een dik decennium gestopt. Maar hij heeft het wielerwereldje nooit de rug toegekeerd.

Meest recentelijk was hij in dienst bij Shimano als neutrale service, maar dit crossseizoen is hij écht helemaal terug. Groenendaal is namelijk bij Bingoal-Pauwels Sauzen ploegleider van de Belgen Eli Iserbyt, Michael Vanthourenhout en Laurens Sweeck. In de Vlaamse krant Het Nieuwsblad vertelt hij over z'n nieuwe job.

"Toen ik mijn actieve carrière beëindigde, begreep ik al snel dat het naar topniveau brengen of houden van renners echt wel mijn ding is. Bij een jeugdteam of een club wil ik niet werken. Maar dit is een topteam. Ik ben een tevreden man die met zijn renners uit iedere cross het maximale wil halen. Natuurlijk willen wij winnen en blijven winnen. Maar als een tweede of een derde plaats het maximaal haalbare is, dan moet je daar voor gaan. Zoals dat woensdag in Fayetteville het geval was."

Groenendaal heeft zo zijn eigen ideeën over de cross en wil die gaan implementeren in z'n nieuwe baan. "Ik ga toch proberen een andere wind te doen waaien. Veldrijden is geen hogere wiskunde en tegelijk een complexe sport waarin alles moet kloppen. Ik heb zo mijn eigen visie en ideetjes en beschouw mezelf als een people manager die enorm veel waarde hecht aan de persoonlijke benadering van een atleet."

Maar de Nederlander heeft geen 'dikke nek', zoals de Vlamingen dat zeggen, en stelt zich in eerste instantie bescheiden op. "k ben momenteel nog veel aan het observeren en luisteren. Maar ik besef wel dat je renners moet blijven prikkelen om ze te verbeteren. Stilstaan is achteruitgaan. Trainingsschema’s kopiëren omdat het vorig jaar werkte, vind ik niet goed. Je moet altijd nieuwe wegen zoeken om de concurrentie in de flank aan te vallen."

Van der Poel en co

Groenendaal en z'n renners hebben nu nog 'het rijk alleen' in het veld. Maar hoe zal dat straks zijn als de échte klasbakken hun intrede doen? Juist dat Van der Poel, Van Aert en Pidcock op de weg zo sterk zijn, biedt kansen volgens de nieuwbakken ploegleider.

"Het zijn alle drie superwielrenners, veel meer dan pur sang crossers. Ze zijn opgegroeid in de cross, maar nu de wijde wereld in getrokken, met fantastische carrières als resultaat. Wat betekent dat er stiekem meer en meer kansen liggen om hen ook eens een keertje te kloppen. Het lijkt me, gezien hun wegprogramma, niet meer evident om ook nog eens zes weken in het veld top te zijn. Wat voor mij betekent dat we ons niet meer op voorhand machteloos opstellen als zij aan de start verschijnen. Ook als zij er bij zijn, wil ik dat we blijven winnen."

Maar toch steekt hij zijn bewondering voor met name Van Aert en Van der Poel niet onder stoelen of banken. "Fenomenen als Wout en Mathieu, één en twee op de weg én in het veld, zullen we nooit nog meemaken. Al moet ik toegeven dat het wielrennen, in vergelijking met mijn tijd, multidisciplinair is geworden. Het handboek van het wielrennen is de jongste jaren volledig herschreven. Stybar wil terug meer in het veld rijden, zegt hij. Ik wens hem succes maar hij zal merken dat de cross een andere sport is geworden."

Cyclocross
  • Cor Vos