Interview | Michel Wuyts: 'Als van der Poel start, is dat om te winnen'

Voor wielerliefhebbers die het liefst op ‘de Belg’ afstemmen als er wordt gekoerst, is het aankomende WK wielrennen in Leuven er één met een rouwrandje. Want het zal het laatste WK van Michel Wuyts (64) zijn, parel van het peloton zonder zelf een meter te trappen. Onze collega's van Panorama spraken hem in aanloop naar de titelstrijd.

Interview | Michel Wuyts: 'Als van der Poel start, is dat om te winnen'
  • Wout van Aert Wout van Aert
  • Mathieu van der Poel Mathieu van der Poel

Voordat we aan de eredienst beginnen: wordt het zondag Wout van Aert of Wout van Aert?

“Hier in België, en blijkbaar ook bij jullie, doen ze net alsof Van Aert de wereldtitel al binnen heeft. Maar dan voel ik mij geroepen om er toch een paar statistieken bij te pakken. Weet jij bijvoorbeeld dat in de afgelopen dertig jaar er slechts één renner was die wereldkampioen werd in eigen land? Dat was de Italiaan Alessandro Ballan in 2008, in ‘zijn’ Varese. En weet je ook dat een topfavoriet zelden wint? Gianni Bugno deed dat als uitgesproken favoriet in 1992, daarna waren er vooral veel verrassingen. Pedersen twee jaar geleden in Engeland, Valverde dat jaar ervoor in Oostenrijk: allebei niet topfavoriet. Zelfs Peter Sagan, die drie wereldtitels op rij won, was niet altijd favoriet. Hoe hij in 2016 in Qatar wereldkampioen werd is eigenlijk ongelooflijk. Na zo’n onwaarschijnlijke sprint. Waarmee ik maar wil zeggen: Van Aert wacht nog een zware kluif.”

Het is dat Mathieu van der Poel nog altijd de naweeën voelt van zijn val tijdens de Olympische Spelen, anders hadden we hem tot favoriet gebombardeerd.

“Van Aert en Van der Poel zijn twee uitzonderlijke renners die het beste in elkaar naar boven halen. Zij dragen de koers. De koers heeft hen nodig. Het WK heeft hen nodig. Dat zijn rug nog niet helemaal in orde zou zijn, zegt mij niet zoveel. Hij won twee weekenden geleden een zware koers in Antwerpen, een koers waar hij aan meedeed om zich ‘te testen’. Dat is goed gelukt. Het gaat er vooral om hoe het in zijn kop zit. Als Van der Poel aan de start staat, doet hij mee om te winnen. Voelt hij zich op welke manier dan ook niet goed, dan start hij niet. Met andere woorden: als hij zondag aan de start staat, hou dan maar rekening met hem. Maar ook ik kan er niet omheen: Van Aert is favoriet. Zeker ook gezien het parcours.”

Waarom?

“Het zal hypernerveus zijn, met hellingen die niet lang genoeg zullen zijn om weg te blijven. Eén rondje telt 29 bochten. Dat betekent: sturen, de bocht uitkomen, accelereren, sprinten. Heel explosief. Dat kan Van Aert als de beste.”

Het zal het laatste WK zijn dat u zult becommentariëren: waarom eigenlijk?

“Die beslissing is voor mij genomen, niet mét mij. Ik barst van het verlangen, de rusteloosheid en de passie om door te gaan, maar anderen hebben anders beslist. Dat is zeer spijtig.”

U wordt in december 65: ondergaat u hetzelfde lot als bijvoorbeeld Mart Smeets in Nederland?

Dat zenderbazen u te oud vinden?

“José de Cauwer, met wie ik vaak commentaar lever, is 72. Ik word gek als ik blijf piekeren waarom hij wel door mag gaan en ik niet. Het antwoord weet ik wel: hij is een zelfstandige en adviseur van de koers, dan mag het. Ik zit bij een omroep, dan is het op een gegeven moment klaar. Maar ik wil ook best als zelfstandige doorgaan, of minder koersen doen, maar dat past blijkbaar niet in het beleid.”

Kom naar Nederland! Fans genoeg hier.

“Ik heb zeker negentig mails uit Nederland gehad, van mensen die hun steun aan mij betuigen. Dat vind ik hartverwarmend. Maarten Ducrot (commentator bij de NOS, red.) was één van de eersten. Maarten is naast oud-wielren-ner en commentator ook psycholoog. Met hem heb ik het vaak over psychologie, als we bijvoorbeeld tijdens een Tour de France eenzame uren beleven. Mijn dochter is psychologe, vandaar. In Leuven overigens, mijn geboortestad, waar nu dus het WK plaatsvindt.”

Cirkeltje rond?

“Of Wout van Aert nu wint of niet: voor mij wordt zondag een bijzondere dag. Een heel emotionele ook. De renners komen zeven keer langs de plek waar ik het levenslicht zag, dat vind ik zeer speciaal. Maar ik hoop vooral op een historische koers waar ik hartstochtelijk commentaar bij mag geven. Uitbollen is niks voor mij.”

WK
  • Cor Vos