Juist nu de temperaturen dalen, is voeding tijdens je fietsrit (en voor en na je rit) nóg belangrijker. Bij koud weer verbruikt je lichaam van zichzelf al meer energie om de temperatuur op orde te houden in je lijf.
Dus is eten van levensbelang om niet de man met de hamer tegen te komen – en om na afloop weer goed te herstellen. Elke ploeg heeft inmiddels een diëtist in dienst, maar ervaren profwielrenners weten zelf onderhand ook wel wat goed voor ze is.
En wat goed is voor profs, dat is – wellicht op iets aangepaste wijze – ook goed voor ons, goedwillende amateurfietsers. De Vlaamse krant Het Nieuwsblad vroeg daarom Victor Campenaerts naar zijn eetgewoonten. De Belg deelt ze maar wat graag met ons.
Uiteraard begin je de dag met een goed ontbijt, dat je wel wat laat zakken als je meteen ’s ochtends gaat fietsen. “en bord havermout met een banaan bijvoorbeeld. Let wel, wacht na dat ontbijt één uur om je training te beginnen, anders ligt het eten op je maag.”
Slecht nieuws voor de voedingsrepenproducenten, want Campenaerts adviseert daar bij weg te blijven. Er zijn volgens hem voldoende alternatieven tijdens de rit.
“Als voedsel onderweg pleit ik voor banaan, peperkoek of een witte boterham met confituur. Geef niet te veel geld aan gel of sportrepen. Hou het eenvoudig. Ga nooit onder die 60 gram koolhydraten per uur, train je intensief kan het 90 gram koolhydraten per uur zijn. Maar, als wielertoerist zou ik toch niet te veel zitten rekenen.” (Dit advies geldt overigens voor langere riten; als je een uurtje/anderhalf uur gaat, dan kan dat prima zonder eten.)
Als je goed wil herstellen, is het belangrijk om zo snel mogelijk na je rit weer te eten. “Eet binnen het uur nadat je thuis bent. Weeral met koolhydraten en proteïnen. Chocomelk bijvoorbeeld, die bevat bovendien voldoende suikers. Ga niet voor allerhande shakes”, bezorgt Campenaerts de sportvoedingsproducenten wederom hoofdpijn.
Soep met lettervermicelli, kikkererwten en helaas geen alcohol
Met een chocomelk ben je er natuurlijk niet, er moet/mag meer eten in! Daarbij gaat Campenaerts enigszins op het avontuurlijke pad. “Ik zou na een training geen steak met frieten eten, wel een bord warme soep, met lettertjes of spaghetti in. Ikzelf ben voorstander van plantaardig voedsel en eet daarom na een training humus, gezonde kikkererwten.”
Geen steak en patat, en alcohol mijd je ook beter, zeker vlak na het fietsen. “Laat direct na de training ook die trappist staan, een alcoholvrij bier daarentegen helpt wel bij het herstel. Je lichaam zal te veel energie nodig hebben om die alcohol in je lever af te breken, en daardoor mis je kans op recuperatie van je spieren. Wacht er liever tot na je maaltijd, of drink hem gewoon niet.”
Nog wat kledingadvies op de koop toe
Tenslotte geeft Campenaerts je ook nog mee hoe om te gaan met de kou zelf. “Als je niet tegen koude kan, kun je je moeilijk aanpassen. Op het niet verdragen van warmte kun je wel oefenen. Kleed je vooral goed aan. Soigneer vooral die uiteinden van je lichaam goed: hoofd, handen, voeten en vergeet de polsen niet. Zorg dat de lucht niet tussen je handschoen en je mouw kan, want aan je polsen komt de kou snel binnen.”
Dit is een bericht dat we in iets aangepaste vorm vorig jaar ook al postten
Beeld: Cor Vos