1) Appende verkeersgenoten
Wielrenners rijden wat sneller dan overige fietsers, maar je zult ze toch niet zo gauw een hoofdstuk van hun nieuwe roman zien typen op de fiets. Het lijkt soms wel alsof andere verkeersdeelnemers dat doen. Fietsers zitten maar zo op de verkeerde weghelft als ze een appje lezen of schrijven dat blijkbaar het stilstaan niet waard is. En nog veel gevaarlijker: automobilisten doen het ook.
2) Elektrisch aangedreven fietsers die op alles letten behalve het overige verkeer
Ja, lieve pensionado's met een e-bike, er vliegen vast mooie vogeltjes rond en er staan heel mooie bomen in het landschap enzo. Maar er rijden ook andere mensen op de weg. En door jullie elektrische aandrijving gaan jullie best hard en dan moet je toch wel een beetje opletten.
3) Loslopende honden (wat niet de schuld is van de honden, maar van de baasjes)
Dat je je hond in het bos niet aangelijnd hebt, kan natuurlijk prima. Maar op een fietspad - ja dat gebeurt echt - is het levensgevaarlijk.
4) Automobilisten die je expres dood willen rijden
De haat tegen wielrenners lijkt zulke vormen aan te nemen dat er automobilisten zijn die een soort GTA'tje spelen en wielrenners als een doelwit zien waar ze bonuspunten voor krijgen. Een wielrenner die nog nooit expres is afgesneden door een - blijkbaar - gefrustreerde automobilist is zeldzamer dan iemand van boven de 65 die níét op een e-bike zit.
5) Automobilisten die je per ongeluk dood willen rijden
Als wielrenner moet je eigenlijk altijd defensief rijden (Maarten Ducrot zal het wel niet leuk vinden dat te horen..). Dat je voorrang hebt, wil nog niet zeggen dat het je het krijgt. Zelf ben ik bijvoorbeeld al meerdere malen bijna van m'n fraaie witte wielersokken gereden bij de in/afrit van een bouwmarkt/tuincentrumgebeuren door mensen die met hun gedachten al/nog helemaal bij de schroefjes, bouten en sansevaria's zitten.
6) Schrikreacties nadat je belt/vraagt of je erlangs mag
Het hoofdstuk bellen/vragen of je erlangs mag als wielrenner; daar zou je een heel boek over kunnen schrijven. Je kan het ook in één zinnetje - met kapitalen en een uitroepteken om het kracht bij te zetten - zeggen: JE DOET HET NOOIT GOED!
Maar echt gevaarlijk wordt het als degene waar je langs wil reageert door achterom te kijken om te zien wat er nu weer in hemelsnaam achter hem zou fietsen en erlangs wil (Een dinosaurus op een eenwieler? de Kerstman en z'n rendieren? Nee, toch weer gewoon een racefietser..). Daarbij zwenkt de fietser uit en bereik je precies het omgekeerde van veilig inhalen.
7) Net gestrooid grind
Even eentje waarbij de schuld niet bij andere mensen ligt. Of nou ja, eigenlijk wel natuurlijk. Want er lijkt in Nederland een trend gaande waarbij mensen die wegen/fietspaden bouwen daar vooral 'een lading grind op de weg kwakken waar de honden geen brood van lusten' onder verstaan.
Het idee is dat het dan inhardt. Maar voor het hard is, is het niet hard, zou Johan Cruijff zeggen. En dat betekent dat je op de racefiets zo ongeveer de skills van Mathieu van der Poel moet hebben om overeind te blijven.
8) Paaltjes en veeroosters op onmogelijke plekken
Over de skills van Van der Poel gesproken: hij ziet zo'n paaltje of veerooster vlak na/voor een bocht waarschijnlijk een uitdaging, maar dat geldt niet voor de rest van de wielrennende gemeenschap, beste planologen!
9) Scholieren
Zijn we tenslotte weer terug bij de mensen. Of mensjes eigenlijk, want de scholen zijn weer begonnen - of gaan binnenkort beginnen! Met z'n drieën naast elkaar fietsende bepakte en bezakte scholieren met oordopjes in en telefoon standaard in de hand zijn misschien nog wel een groter gevaar dan de babyboomende e-biker waar wij racefietsers het doorgaans op hebben gemunt.
- Fietsersbond